What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
1MHV Werkwoord ALLER en FUTUR PROCHE
ALLER (=gaan)
1 / 24
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
This lesson contains
24 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
15 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
ALLER (=gaan)
Slide 1 - Slide
Onregelmatige ww
Dit type werkwoorden moet je altijd uit je hoofd leren.
Jullie kennen al:
avoir
(hebben) +
être
(zijn)
Daar komt nu bij:
aller
(gaan)
Slide 2 - Slide
De vormen van ALLER (gaan)
Je vais
Tu vas
Il/elle/on va
Nous allons
Vous allez
Ils/elles vont
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Video
ik ga
jij gaat
hij gaat
zij gaat
wij/we gaan
u gaat/jullie gaan
zij gaan
nous allons
tu vas
ils vont
vous allez
on va
elles vont
je vais
il va
elle va
Slide 5 - Drag question
Zet in de goede vorm:
Tu (aller) à Eindhoven.
A
vais
B
vas
C
va
D
allons
Slide 6 - Quiz
Zet in de goede vorm:
Vous (aller) à Lille.
A
vas
B
allons
C
va
D
allez
Slide 7 - Quiz
Zet in de goede vorm:
Mon père (aller) à Paris.
A
vais
B
vas
C
va
D
vont
Slide 8 - Quiz
Vertaal in het Frans:
Zij gaat
A
je vais
B
tu vas
C
il va
D
elle va
Slide 9 - Quiz
Vertaal in het Frans:
Wij gaan
A
tu vas
B
il va
C
nous allons
D
ils vont
Slide 10 - Quiz
Vertaal in het Frans:
Ik ga
A
je vais
B
tu vas
C
il va
D
ils vont
Slide 11 - Quiz
Vertaal in het Frans:
Zij gaan
A
elle va
B
il va
C
elles vont
D
ils vont
Slide 12 - Quiz
Vertaal in het Frans:
Nous (gaan) à vélo.
Slide 13 - Open question
Vertaal in het Frans:
Michelle (gaat) en bus.
Slide 14 - Open question
Vertaal in het Frans:
Tu (gaat) à Lyon.
Slide 15 - Open question
Vertaal in het Frans:
Monsieur, vous (gaat) à pied.
Slide 16 - Open question
Vertaal in het Frans:
Mila et Patrick (gaan) en train.
Slide 17 - Open question
Vertaal in het Frans:
Demain je (ga) en voiture.
Slide 18 - Open question
Futur proche
Praten over de nabije toekomst!
Slide 19 - Slide
Hoe maak je de futur proche?
Heel makkelijk! Het is een vorm van ALLER (=gaan) + heel ww.
Bijvoorbeeld:
Ik ga werken = Je vais travailler
Jij gaat wonen = Tu vas habiter
Je kunt dus voortaan ook vertellen wat je
gaat doen
!
Slide 20 - Slide
Vertaal:
U gaat praten
Slide 21 - Open question
Vertaal:
Hij gaat eten.
Slide 22 - Open question
Vertaal:
Jij gaat geven.
Slide 23 - Open question
Leerdoelen bij deze bron:
- Je kent alle vormen van ALLER uit je hoofd.
- Je weet hoe je de FUTUR PROCHE moet gebruiken.
Maak nu de opdrachten van bron H in Grandes Lignes online.
Slide 24 - Slide
More lessons like this
Chapitre 6, Bron H (aller + futur proche)
April 2022
- Lesson with
22 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
1HV Ch6 Bron H: aller + futur proche oefenen
June 2020
- Lesson with
23 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
1HV Ch6 Bron H: aller + futur proche oefenen
April 2023
- Lesson with
25 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
VTD LES 3 KLAS 2
March 2023
- Lesson with
24 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
1B H6 grammaire Werkwoord ALLER en FUTUR PROCHE
May 2023
- Lesson with
37 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Aller en de future proche
April 2024
- Lesson with
28 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Bron H frans hfst 5 - klas 1
April 2020
- Lesson with
15 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
1vwo H5: herh + verdieping Aller + futur proche
March 2021
- Lesson with
22 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1