Examentraining vertering en bloedvaten

Examentraing 1
Eindterm 9 lichaam in stand houden 
vertering. 
1 / 21
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Examentraing 1
Eindterm 9 lichaam in stand houden 
vertering. 

Slide 1 - Slide

Wat is vertering?

Slide 2 - Open question

Darmvlokken spelen een rol in opname van voedingsstoffen, in welk orgaan bevinden die zich?
A
Slokdarm
B
Maag
C
In de dunne darm
D
In de dikke darm

Slide 3 - Quiz

Welke spieren zijn betrokken bij peristaltische bewegingen?
A
Alleen kringspieren
B
Alleen lengtespieren
C
Kring en lengtespieren
D
Geen van beide typen spieren

Slide 4 - Quiz

Sleep de namen naar de juiste organen (verteringstelsel)
Maag
Nieren
Lever
Dunne darm
Dikke darm

Slide 5 - Drag question

Welk onderdeel kan niet voorkomen in een dierlijke cel?
A
Celmembraan
B
Cytoplasma
C
Celkern
D
Celwand

Slide 6 - Quiz

Een bloedvat heeft een dunne wand en kleppen, dit is een
A
Ader
B
Slagader
C
Haarvat

Slide 7 - Quiz

Is de aorta een ader of een slagader?
A
Ader
B
Slagader

Slide 8 - Quiz

Welke bloeddeeltjes spelen een rol bij afweer tegen ziekteverwekkers?
A
Rode bloedcellen
B
Witte bloedcellen
C
Bloedplaatjes

Slide 9 - Quiz

In de afbeelding zie je verschillende typen bloedvaten.
Wat is de naam van elk type bloedvat? Sleep de juiste naar erheen.
Slagader 
Ader
Haarvat

Slide 10 - Drag question

Waar in het lichaam worden rode bloedcellen gemaakt?
A
In de lever
B
In het beenmerg
C
In het hart
D
In het ruggenmerg

Slide 11 - Quiz

Welk onderdeel van je verteringsstelsel zorgt voor de vertering van zetmeel
A
slokdarm
B
lever
C
galblaas
D
speekselklieren

Slide 12 - Quiz

Geef de naam van het bloedvat dat het bloed van de dunne darm maar de lever vervoert

Slide 13 - Open question

In de onderstaande afbeelding  zijn schematisch de lever en een deel van de dunne darm van de mens met aan- en afvoerende bloedvaten getekend. De bloedvaten staan aangegeven met cijfers. De namen van de bloedvaten staan aan de rechterkant.
Sleep nu de namen van de bloedvaten naar het juiste cijfer.
1
2
3
4
leverslagader
darmslagader
poortader
leverader

Slide 14 - Drag question

Geef de naam van het proces waarbij zuurstof wordt verbruikt in cellen

Slide 15 - Open question

Er is geen vertering nodig bij.....
A
Water, glucose, vitamines en mineralen
B
Voedingsvezels
C
Vetten en eiwitten
D
Zetmeel en suiker

Slide 16 - Quiz

Je bekijkt een cel onder de microscoop, deze cel heeft geen celkern. Deze cel is van een:

Slide 17 - Open question

Tandglazuur
Kaak
Tandvlees
Tandbeen
Bloedvaten en zenuwen

Slide 18 - Drag question

Hoe heet het bloedvat met de hoogste bloeddruk? de....

Slide 19 - Open question

Hoe heet het bloedvat wat van het hart naar de longen loopt en zuurstofarm is?
A
Longslagader
B
Longader
C
Aorta
D
Onderste holle ader

Slide 20 - Quiz

Bloedvat
Rode bloedcel
Weefselvloeistof
Bloedplasma

Slide 21 - Drag question