na het volgen van deze les:
- heb je de regels over het spellen van de juiste persoonsvorm nog eens doorgenomen en hier oefeningen mee gemaakt.
- kun je voltooid-deelwoorden goed spellen.
- weet je wanneer je hoofdletters moet gebruiken.
- weet je hoe je woorden die eindigen op -heid, -teit, -lijk, en -ig moet spellen.