4.3 Radioactief verval - deel 2

Radioactief verval
Hoofdstuk 4
Paragraaf 3
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Radioactief verval
Hoofdstuk 4
Paragraaf 3

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
Je leert wat de halfwaardetijd is. 

Slide 2 - Slide

Leg uit wat het doordringend vermogen is.

Slide 3 - Open question

Leg uit wat het ioniserend vermogen is.

Slide 4 - Open question

Halfwaardetijd
Zilver-110 is een radioactieve bron die bètastraling uitzendt. 

De hoeveelheid radioactief zilver wordt na verloop van tijd steeds kleiner.

Hoe lang het duurt dat nog de helft van de radioactieve stof over is, noemen we de halfwaardetijd. 

Slide 5 - Slide

Halfwaardetijd
Binas tabel 32 

Een ander woord voor halfwaardetijd is halveringstijd. 

Je vindt hier ook uit welke soort(en) straling een stof bestaat.

Slide 6 - Slide

Wat is de halfwaardetijd van aluminium-28?

Slide 7 - Open question

Uit welke soort straling bestaat aluminium-28?

Slide 8 - Open question

Wat is de halfwaardetijd van koolstof-14?

Slide 9 - Open question

Uit welk soort straling bestaat stikstof-14?

Slide 10 - Open question

Wat is de halfwaardetijd van koper-64?

Slide 11 - Open question

Uit welk soort straling bestaat koper-64?

Slide 12 - Open question

Halfwaardetijd
Na iedere halfwaardetijd is het aantal radioactieve kernen nog maar de helft. 

Halfwaardetijd zilver-110 is 24 seconden.
Je hebt 1000 mg radioactief zilver-110.


tijd (s)
0
24
48
72
hoeveelheid (mg)
1000
500
250
125

Slide 13 - Slide

Je hebt 500 mg jood.
Jood-131 heeft een halfwaardetijd van 8 dagen.
Hoeveel mg jood heb je nog na 24 dagen?

Slide 14 - Open question

Ioniserende straling

Ioniserende straling is in staat om de moleculen van andere stoffen te beschadigen.
Deze straling wordt uitgezonden door radioactieve stoffen of door een rontgenapparaat.

Slide 15 - Slide

Ioniserende straling
Straling die moleculen
kapot kan maken wordt 
ioniserende straling 
genoemd. Bijvoorbeeld:
-Uv-straling (uitwendig)
-Röngenstraling (inwendig)
-Gammastraling (inwendig)

ioniserende straling is radioactief



Slide 16 - Slide

Maakwerk
Hoofdstuk 4
Paragraaf 3
Opgaven: 58 t/m 65

Slide 17 - Slide

Doordringend vermogen
Gamma-straling
Alfa-straling
Beta-straling

Slide 18 - Drag question

Ioniserend
Niet ioniserend
Gamma straling
Röntgenstraling
Radiogolven
Blauw licht
IR straling

Slide 19 - Drag question