Stoffelijk bijv. nw

Woordsoorten benoemen
1 / 12
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 7

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Woordsoorten benoemen

Slide 1 - Slide

gtgg
A
gg

Slide 2 - Quiz

De warme zon schijnt fel.
De = het lidwoord
Lidwoorden: de, het, een

Slide 3 - Slide

De warme zon schijnt fel.
Zon = het zelfstandig naamwoord
Zelfstandig naamwoord: mensen, dieren of dingen.

Slide 4 - Slide

De warme zon schijnt fel.
Warme = het bijvoeglijk naamwoord
Bijvoeglijknaamwoord: zegt iets over het zelfstandig naamwoord.

Slide 5 - Slide

Het paard eet van het lekkere hooi.
Welk woordsoort is 'het'? Een...
A
lidwoord
B
bijvoeglijk naamwoord
C
zelfstandig naamwoord
D
werkwoord

Slide 6 - Quiz

Het paard eet van het lekkere hooi.
Welk woordsoort is 'lekkere'? Een...
A
lidwoord
B
werkwoord
C
zelfstandig naamwoord
D
bijvoeglijk naamwoord

Slide 7 - Quiz

Het paard eet van het lekkere hooi.
Welk woordsoort is 'hooi'? Een...
A
bijvoeglijk naamwoord
B
werkwoord
C
zelfstandig naamwoord
D
lidwoord

Slide 8 - Quiz

De houten plank is gelakt
Houten = een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord.
Stoffelijk bijvoeglijk naamwoord = geeft aan van welke stof/materiaal het zelfstandig naamwoord is gemaakt. 

Slide 9 - Slide

Voorbeelden...
De aluminium rol
Het gouden horloge
Het marsepeinen varken
Het zinken dak
De leren bank



Slide 10 - Slide

Wat is het stoff. bijv. nw?
Het plastic tasje

Slide 11 - Mind map

Maak een zin met dit stoff. bijv. nw
Papier

Slide 12 - Mind map