bundel uitlopers van zenuwcellen omgeven door een beschermende laag
onderdeel van een zenuwcel dat impulsen van en naar het cellichaam geleidt
het centrale zenuwstelsel en de zenuwen
cellen die in hun geheel in het centrale zenuwstelsel liggen en impulsen van de ene naar de andere zenuw doorgeven
Uitloper
zenuwstelsel
schakelcellen
zenuw
Slide 3 - Drag question
ruggenmerg
wervel
zenuw
Slide 4 - Drag question
Juist
Onjuist
De korte uitloper van een zenuwcel heeft een isolerend laagje.
Een zenuw is een bundel van lange uitlopers van zenuwcellen.
Slide 5 - Drag question
slakkenhuis
zenuw
oorschelp
trommelvlies
Slide 6 - Drag question
Wat is het centrale zenuwstelsel?
A
hersenen + ruggenmerg
B
hersenen + zenuwen
C
hersenen
D
hersenen+ zenuwen + ruggenmerg
Slide 7 - Quiz
Via welke route gaat een prikkel door je lichaam?
Start
Einde
Prikkel
Zintuig
Impuls
Zenuw
Ruggenmerg
Hersenen
Slide 8 - Drag question
Een zintuig is een orgaan dat impulsen opvangt.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 9 - Quiz
Bloedvaten komen voor in de kiemlaag van de huid.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 10 - Quiz
In het spookhuis worden hun pupillen klein. Hoe heet deze reactie?
Slide 11 - Open question
A
2
B
4
C
6
D
7
Slide 12 - Quiz
In het spookhuis voelen ze plotseling een ijskoude draad over hun lijf gaan. De meiden gillen van angst. Met welke twee zintuigen nemen ze de ijskoude draad waar?
Slide 13 - Open question
Als je vanuit een kelder naar buiten in de zon stapt, wat gebeurt er dan met de pupil?
A
Hij wordt groter, zodat er meer licht op je netvlies valt.
B
Hij wordt groter, zodat er minder licht op je netvlies valt.
C
Hij wordt kleiner, zodat er meer licht op je netvlies valt.
D
Hij wordt kleiner, zodat er minder licht op je netvlies valt.
Slide 14 - Quiz
Welk product uit de huid houdt de hoornlaag soepel?
Slide 15 - Open question
Barbara heeft bruine ogen. Dat komt doordat haar pupillen bruingekleurd zijn.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 16 - Quiz
Door glucagon wordt de bloedsuikerspiegel
A
Hoger
B
Lager
Slide 17 - Quiz
Waar worden de hormonen gemaakt die de bloedsuikerspiegel regelen?
Slide 18 - Open question
De buis van Eustachius verbindt de trommelholte met de keelholte.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 19 - Quiz
Enkele delen van een oog zijn het harde oogvlies, de iris, het netvlies en de pupil. Als je iemand aankijkt, wel deel kunt je dan niet zien?
A
De iris.
B
De pupil.
C
Het harde oogvlies.
D
Het netvlies.
Slide 20 - Quiz
Henk neemt een tatoeage. In welke laag van de huid moet de tatoeage aangebracht worden om te blijven zitten?
A
In de hoornlaag
B
In de kiemlaag
C
In de lederhuid
D
In het onderhuidse bindweefsel
Slide 21 - Quiz
Welk hormoon wordt er gemaakt bij een te hoge bloedsuikerspiegel?
Slide 22 - Open question
In een oor kunnen geluidstrillingen door onder andere de gehoorbeentjes, de gehoorgang en het trommelvlies gaan. Wat is de juiste volgorde van deze delen, van buiten het oor naar binnen?
A
Gehoorbeentjes – gehoorgang – trommelvlies
B
Gehoorgang – gehoorbeentjes – trommelvlies
C
Gehoorgang – trommelvlies – gehoorbeentjes
D
Trommelvlies – gehoorgang – gehoorbeentjes
Slide 23 - Quiz
Zet in de juiste volgorde.
1.
2.
3.
4.
Een impuls gaat naar de hersenen.
Een lage temperatuur bereikt de koudezintuigen.
Het meisje neemt waar dat het water koud is.
Koudezintuigen zetten prikkels om in impulsen
Slide 24 - Drag question
Welk hormoon wordt er gemaakt bij een te lage bloedsuikerspiegel?
Slide 25 - Open question
Hoe heet onderdeel 12?
Slide 26 - Open question
Hoe heet onderdeel 9?
Slide 27 - Open question
Hoe heet onderdeel 6?
Slide 28 - Open question
Hoe heet onderdeel 9?
Slide 29 - Open question
Welk deel van het oog zorgt ervoor dat er impulsen naar de hersenen worden gestuurd, zodat je kunt zien?
A
Het hoornvlies
B
De iris
C
Het netvlies
D
Het vaatvlies
Slide 30 - Quiz
Hoe heet onderdeel 1?
Slide 31 - Open question
In de afbeelding is een doorsnede van de huid en van het onderhuidse bindweefsel schematisch getekend. Met welk nummer is een zweetklier aangegeven?
Slide 32 - Open question
In de afbeelding is een doorsnede van de huid en van het onderhuidse bindweefsel schematisch getekend. Met welk nummer is de kiemlaag aangegeven?