Lezen. 1.2 Doel en publiek

Nederlands 3F



Ilse Legtenberg
Schooljaar 2020 - 2021
0PW3 / 0PK4
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Nederlands 3F



Ilse Legtenberg
Schooljaar 2020 - 2021
0PW3 / 0PK4

Slide 1 - Slide

Doel van de les

- je kunt het doel van een tekst herkennen

- je kunt bepalen voor welk publiek een tekst geschreven is

Slide 2 - Slide

Uitleg 

- Om het DOEL van een tekst te kunnen bereiken, moet de schrijver rekening houden met zijn PUBLIEK


Doel: wat wil de schrijver met zijn tekst bereiken?

Sommige teksten hebben meerdere doelen, maar meestal is er één hoofddoel.

Publiek: voor wie is de tekst bedoeld? Wie leest de tekst?
De schrijver past zijn taalgebruik en de stijl van de tekst aan aan het publiek.

Slide 3 - Slide

Toelichting
Doel en publiek beïnvloeden de vorm van een tekst
Teksten over hetzelfde onderwerp kunnen totaal verschillen. 
Het is maar net welk doel de tekst heeft en voor welk publiek hij
geschreven is.



Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Voorbeeld
Twee teksten over onderwerp ‘namaakmerkkleding’:

1 Ingezonden brief waarin wordt gepleit voor een hardere aanpak van producenten van namaakkleding
 Doel: overtuigen
 Publiek: krantenlezers (breed publiek)


2 Blog op reiswebsite met tips over goedkoop namaakkleding kopen in India
 Doel: informeren
 Publiek: reizigers

Slide 10 - Slide

Welk hoofddoel hebben deze tekstsoorten?

brochure studiefinanciering
A
informeren
B
instrueren
C
overtuigen
D
overhalen

Slide 11 - Quiz

bijsluiter aspirines
A
informeren
B
instrueren
C
overtuigen
D
overhalen

Slide 12 - Quiz

Welk doel hoort bij de volgende tekstvormen?
Informeren
Instrueren
overhalen
Overtuigen

Slide 13 - Drag question

Aan de slag!

Lezen
1.2 Doel en publiek
Opdracht 1, 3 en de examenopdracht maken

Slide 14 - Slide