Lezen/luisteren

Lezen/luisteren

Onderwerpen:

-Tekstsoorten + doelen

-Hoofd- en bijzaken

- Meningen, argumenten en conclusies.

Tekstsoort+ doel

tekstsoort	tekstdoel	voorbeeld
informatie	informeren	nieuws-krant
tekst met mening	overtuigen	recensie
activerende tekst	activeren aansporen	reclame
vermaak	amuseren	strip/leesboek

Wat voor tekstsoort is dit?

1. Informatief
2. Instructief
3. Betogend
4. Verhalend

Wat voor tekstsoort is dit?

1. Informatief
2. Instructief
3. Betogend
4. Verhalend

Wat voor tekstsoort is dit?

1. Informatief
2. Instructief
3. Betogend
4. Verhalend

Wat voor tekstsoort is dit?

1. Informatief
2. Instructief
3. Betogend
4. Verhalend

Hoofd- en bijzaken

                                                                            Onderwerp van de tekst

                                                                                       Hoofddoel 

                                                       (informeren/overtuigen/instrueren/amuseren)

                                                       Hoofdzaken                                         Bijzaken

                            begin of einde van een tekst                                voorbeelden & extra uitleg

                     Feiten/eigenschappen onderwerp                          Verhelderen de tekst

    Hoofdzaken in één zin samen: hoofdgedachte                  anekdotes, grapjes, etc.

      Het herkennen van hoofd- en bijzaken moet je oefenen. Zie Studiemeter lezen & luisteren           

Wat is de hoofdgedachte van een tekst?

1. Alle hoofdzaken op een rij.
2. Alle hoofd- en bijzaken op een rij.
3. De samenvatting van een tekst.
4. Het belangrijkste van een tekst in één zin.

Hoofd- en bijzaken

Lees de tekst

Bedenk de soort tekst (informatie/ verhaal/ betoog/ activeren)

Bedenk het doel (informeren/ amuserend/ overtuigen/ activerend)

Bedenk het onderwerp (in 1 woord of korte zin)

Bedenk de hoofdgedachte (In 1 zin, waar gaat de tekst over)

Wat is de hoofdgedachte in deze tekst

1. Bemoeizuchtige bijrijders kunnen zelfs de meest stoïcijnse chauffeurs tot waanzin drijven.
2. Commentaar van bemoeizuchtige bijrijders kunnen voor het perfecte rijgedrag zorgen voor zelfsturende auto's
3. De software neemt informatie op als een kind dat leert van zijn kibbelende ouders.
4. Als je slecht gedrag ziet en je weet hoe slecht het is, kan je daar veel van leren.

Wat wordt gebruikt om de aandacht van de lezer te trekken

1. Bemoeizuchtige bijrijders kunnen zelfs de meest stoïcijnse chauffeurs tot waanzin drijven.
2. Commentaar van bemoeizuchtige bijrijders kunnen voor het perfecte rijgedrag zorgen voor zelfsturende auto's
3. De software neemt informatie op als een kind dat leert van zijn kibbelende ouders.
4. Als je slecht gedrag ziet en je weet hoe slecht het is, kan je daar veel van leren.

Wat is een bijzaak?

1. Bemoeizuchtige bijrijders kunnen zelfs de meest stoïcijnse chauffeurs tot waanzin drijven.
2. Commentaar van bemoeizuchtige bijrijders kunnen voor het perfecte rijgedrag zorgen voor zelfsturende auto's
3. De software neemt informatie op als een kind dat leert van zijn kibbelende ouders.
4. Als je slecht gedrag ziet en je weet hoe slecht het is, kan je daar veel van leren.

 Mening, argument en conclusie

Feit/mening/argument/conclusie

• Feit           = controleerbaar
• Mening     = ik vind, volgens mij, naar mijn mening
• Argument = uitleg waarom je iets vindt (omdat, want, immers, namelijk)
• Conclusie = dus, concluderend, dat betekent
  

Woorden bij mening / standpunt

Signaalwoorden bij Argument

ik vind

Zij denkt dat

De schrijver is van mening dat

Onze conclusie is

Dus

Daarom

Kortom

Dat blijkt uit

immers

namelijk

omdat

de reden hiervoor

want

Objectief

Subjectief

Signaal-

woord

Drog-

reden

Feit

Betoog

Een onjuist argument

Verkeerde vergelijking

ook

Generali-satie

omdat

Het is zo

Mening

Persoonlijke mening

immers

Volgende les wil ik uitleg over: