Lezen h1,2,3 2D

lezen
1 / 16
next
Slide 1: Mind map
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

lezen

Slide 1 - Mind map

doelen van lezen h1,2,3
H1  Tekstopbouw en hoofdgedachte

H2 Samenvatten van hoofd- en bijzaken.

H3 Tekstverband en signaalwoorden

Slide 2 - Slide

Tekstopbouw en hoofdgedachte.
Een stuk tekst bestaat vaak uit 3 delen.
Inleiding.
In de inleiding maak je kennis met de tekst en kan met:
(grappig) verhaaltje (anekdote) of aanleiding schrijven tekst.
Middenstuk.
Hier staat de meeste info. Er staan verschillende delen van het onderwerp. (deelonderwerpen)
Soms helpen tussenkopjes om deelonderwerpen te vinden.
Slot.
Hierin wordt vaak het belangrijkste herhaald. Soms wordt er naar de toekomst gekeken of advies gegeven.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Waaruit bestaat een tekstopbouw?
A
begin, verhaal, slot
B
inleiding, middenstuk, slot
C
inleiding, slot
D
inleiding, verhaal, slot

Slide 5 - Quiz

Hoofdgedachte.

De hoofdgedachte geeft in één zin antwoord op de vraag: wat is het belangrijkste wat in de tekst over het onderwerp wordt gezegd? Het is een korte samenvatting.

Je vindt de hoofdgedachte vaak in de inleiding of het slot

Slide 6 - Slide

UItslag Vitesse - FC Utrecht
Vitesse blijft uitstekend presteren in de Eredivisie. Ditmaal wonnen de Arnhemmers van FC Utrecht: 1-0.


Ook tegen Utrecht was Vitesse de bovenliggende partij en kwamen dan ook verdiend op voorsprong al werd in de elfde minuut nog een doelpunt van Oussama Darfalou afgekeurd vanwege buitenspel van van Loïs Openda. Na het half uur kwam Vitesse toch op 1-0 dankzij verdediger Danilho Doekhi. Voor de centrale verdediger was het zijn eerste treffer in de eredivisie.


Vitesse had nog kansen om de score verder op te voeren, maar FC Utrecht-doelman Eric Oelschlägel hield onder meer Oussama Tannane van scoren af. Aan de andere kant kon Gyrano Kerk niet profiteren van een fout van de verder sterk keepende Remko Pasveer.


Door de overwinning komt Vitesse in punten op gelijke hoogte met koploper Ajax, al hebben de Arnhemmers een wedstrijd meer gespeeld dan de Amsterdammers. FC Utrecht kent tot tegenstelling tot Vitesse een matig seizoen. Na zestien wedstrijden is Utrecht terug te vinden op de tiende plaats met achttien punten na zestien wedstrijden.

Slide 7 - Slide

Wat is de hoofdgedachte van de tekst?

Slide 8 - Open question

Hoofd en bijzaken samenvatten.

De belangrijkste zaken zijn hoofdzaken te vinden in de inleiding of (herhaald in slot)
Hoofdzaken zijn vaak te vinden in de eerste of laatste zin alinea.
Wat minder belangrijk is zijn bijzaken.

Samenvatting: schrijf je de belangrijkste informatie op. Je schrijft de belangrijkste zinnen van de alinea’s onder elkaar.
Je kan een samenvatting beginnen of eindigen met de hoofdgedachte van de tekst.

Slide 9 - Slide

Wist je nog wat hoofd- en bijzaken zijn?
A
ja
B
een beetje
C
nee

Slide 10 - Quiz

Tekstverbanden en signaalwoorden.

Signaalwoorden: later,terwijl,ten eerste, ook, maar, toch.
(ze geven aan op welke manier zinnen en alinea’s samenhangen.)
Deze samenhang heet: Tekstverband

Soorten tekstverband:
Opsomming: ten eerste,ten tweede,om te beginnen, ook (nog), verder, tenslotte. (: - 1,2,3 ꞏ)
Als een aantal zaken die bij elkaar horen na elkaar worden genoemd -> opsommend verband

Tegenstelling: tegenover, maar, hoewel, echter, toch, daarentegen, aan de ene kant…aan de andere kant.
Tegenstellend verband geeft aan dat zaken worden genoemd die elkaars tegenovergestelde zijn.

Slide 11 - Slide

Voorbeelden van signaalwoorden zijn:
A
en, ok, zitten, maar, daarna
B
daarna, ook, vervolgens, nee
C
later,terwijl,ten eerste, ook, maar, toch
D
daarna, later, vervolgens, duidelijk

Slide 12 - Quiz

oefenen signaalwoorden!

Slide 13 - Slide

Opsomming
Tegenstelling
eerste
maar
toch
echter
vervolgens
hoewel
daarentegen
tot slot
ook

Slide 14 - Drag question

Huiswerk :
Maken in de methode nederlands:
Hoofdstuk 2 lezen opdracht 1,2 en 8

Slide 15 - Slide

Ik vond de lesson up......
A
moeilijk
B
makkelijk
C
ging wel
D
weet niet

Slide 16 - Quiz