H7 4BB Energie

7.1 Verbranden
1 / 44
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

This lesson contains 44 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

7.1 Verbranden

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Soorten vlammen
Pauzevlam
Kleurloze vlam
Blauw ruisende vlam

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Vuur maken of doven

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Chemische reactie






Bij een chemische reactie verdwijnen stoffen én er ontstaan nieuwe stoffen.

  • beginstoffen:  De stoffen die bij de chemische reactie verdwijnen
  • reactieproducten:  de stoffen die ontstaan bij een chemische reactie

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

volledige verbranding

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Maken (BB)
H7 Paragraaf 1
4, 7, 8, 10, 13, 21

Daarna nakijken (online)

timer
15:00
Zelfstandig werken.
Heb je vragen? Check je boek eerst.
Na de timer bespreken we vragen.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Reactieschema aardgas

methaan + zuurstof                           koolstofdioxide + water


Je kunt een reactieschema opstellen voor de volledige verbranding van aardgas.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

7.2 Verwarmen

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Warmtetransport

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

GELEIDING
  • Als warmte zich verplaatst, dan noem je dit warmtetransport.
  • Warmtetransport door vaste stoffen vindt plaats door geleiding.
  • Warmtegeleiders geven warmte goed door.
  • Alle andere stoffen geleiden warmte minder goed. Deze stoffen noem je isolatoren.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Stroming
  • Een hete radiator geeft warmte af aan de lucht. De dichtheid van warme lucht is kleiner dan die van koude lucht. Daardoor stijgt de warme lucht op. De lucht in de kamer gaat door de hele kamer bewegen.
  • Deze beweging van lucht noem je stroming. Warme lucht gaat omhoog en koude lucht zakt omlaag. Stroming gebeurt niet alleen in lucht, maar ook in vloeistoffen en andere gassen.
  • Stroming is een soort warmtetransport.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

STRALING
  • Als je je hand vlak bij een hete radiator houdt, voel je de warmte. De warmte verplaatst zich door straling van de radiator naar je hand.
  • Elk voorwerp dat warmer is dan zijn omgeving straalt warmte uit. Die stralingswarmte noem je infrarode straling.
  • Straling is een soort warmtetransport.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Temperatuur


-Celsius
-Kelvin

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Temperatuur
  • Voor het meten van de temperatuur gebruik je een thermometer.
  • Als de temperatuur stijgt, zet de vloeistof uit en stijgt het vloeistofniveau in de buis.
  • Omdat de stijgbuis erg nauw is, zie je de vloeistof al stijgen of dalen bij kleine Temperatuur verschillen.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Uitzetten en krimpen
Materialen zetten uit als hun temperatuur stijgt.
Materialen krimpen als hun temperatuur daalt.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Bimetaal thermometer

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

7.3 Brandstof en milieu

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Fossiele brandstoffen
Voordelen: makkelijk te vervoeren en verbranden. 

Nadelen: versterkt het broeikaseffect, geeft luchtvervuiling, raakt op. 

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Fossiele brandstoffen

De vier fossiele brandstoffen zijn:

  1. aardolie
  2. aardgas
  3. steenkool
  4. bruinkool

Ze zijn miljoenen jaren geleden ontstaan uit resten van plantaardig en dierlijk leven. Daarom zeggen we ‘fossiele’ brandstoffen.

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Video

This item has no instructions

Maken (BB)
H7 Paragraaf 3
6 t/m 9 

timer
5:00
Zelfstandig werken.
Heb je vragen? Check je boek eerst.
Na de timer bespreken we vragen.

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

koolstofmono-oxide en roet

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Thermische centrale
Chemische energie (kolen/gas)--> Elektriciteit

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Duurzame energie
Duurzame energiebronnen zijn bronnen die niet op kunnen en ook geen schadelijke stoffen uitstoten:
  • Windenergie
  • Zonne-energie
  • Waterkracht
  • Geothermische warmte
  • Biomassa
  • Voor de toekomst: Kernfusie

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Hernieuwbare grondstoffen
Raken niet op
ontstaan steeds opnieuw.  bomen groeien steeds terug.
Ook energie kan hernieuwbaar zijn.  (zon, wind)

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Duurzame energiebronnen
  • Sommige elektriciteitscentrales mengen fossiele brandstof met biomassa. Dit is afval van planten en mest van dieren.
  • Een duurzame energiebron raakt niet op en is minder schadelijk voor het milieu.
  • Deze elektrische energie noemen we groene stroom

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Maken (BB)
H7 Paragraaf 3
10, 11, 15

timer
15:00
Zelfstandig werken.
Heb je vragen? Check je boek eerst.
Na de timer bespreken we vragen.

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

7.4 Energie omzetten
verschillende manieren van energie opwekken
Energie omzetten
E = P x t

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Thermische centrale
Chemische energie (kolen/gas)--> Elektriciteit

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Kerncentrale
Kernenergie --> Elektriciteit

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Windturbine
Bewegingsenergie --> Elektricische energie

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Waterkrachtcentrale
Bewegingsenergie --> Elektrische energie

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Binas
energieomzettingen
Tabel 15

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Energieomzetting lamp

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Energieomzetting zonnepaneel

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Rekenen met Energie
Energie = Vermogen x tijd
E = P x t

kWh  =  kW  x  h

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Voorbeeldopgave
Een zonnepaneel levert 5 uur lang een vermogen van 400 watt.
Bereken de geleverde energie in kWh.
gegeven:       P = 400 W of 0,4 kW     en    t = 5 uur
gevraagd:      E
formule:         E = P x t
berekening:  E = 0,4 x 5 = 2 kWh
antwoord:      E = 2 kWh

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Verschillende soorten energie
Voorbeelden van energiesoorten zijn:

warmte
elektrische energie
stralingsenergie
bewegingsenergie
chemische energie.

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Voorbeelden van energieomzettingen
Voorbeelden van energieomzettingen zijn: 
  • het omzetten van elektrische energie in lichtenergie in een lamp 
  • het omzetten van chemische energie in thermische energie bij het verbranden van brandstoffen
  • het omzetten van zonlicht in elektrische energie in zonnepanelen.

Slide 42 - Slide

Geef enkele voorbeelden van energieomzettingen en leg uit hoe ze werken.

Slide 43 - Video

This item has no instructions

Maken
Vraag 1 t/m 15
11 overslaan

Slide 44 - Slide

This item has no instructions