Stap 2: Tegenwoordige of verleden tijd?
Je vindt de persoonsvorm door:
1. De zin in een andere tijd zetten: ww dat verandert is PV.
2. De zin vragend maken: Het eerste ww is de PV.
3. De zin in meervoud of enkelvoud zetten: Het ww dat verandert is de PV.
En kijk dan of de persoonsvorm in de tegenwoordige of verleden tijd staat!