Les 2 - Stadsrechten

Steden met stadsrechten
Waarom kregen steden stadsrechten? 
Hoe werden steden bestuurd?
1 / 17
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Steden met stadsrechten
Waarom kregen steden stadsrechten? 
Hoe werden steden bestuurd?

Slide 1 - Slide

Steden met stadsrechten
Waarom kregen steden stadsrechten? 
Hoe werden steden bestuurd?
Doen: Uitleg - Filmpje kijken - Beginnen aan dossier

Slide 2 - Slide

Even terughalen; Vertel in eigen woorden wat het leenstelsel is:

Slide 3 - Open question

Rechten van de heer
  • Iedereen moest luisteren naar de heer in zijn gebied
  • Hij bepaalde wetten en sprak recht
  • Iedereen moest belasting betalen
  • Maar de mensen in de nieuwe steden wilden meer zelf bepalen

Slide 4 - Slide

Stadsrechten
  • Een heer kon  een stad stadsrechten        geven
  • Hierin stonden de afspraken wat een stad allemaal zelf mocht regelen, zonder de heer
  • Bijvoorbeeld recht om markten te houden, recht om geld te maken, recht om een muur te bouwen
  • Waarom zou een heer een stad stadsrechten geven?
Document waarmee burgers van een stad het recht kregen om zelf hun stad te besturen.

Slide 5 - Slide

Stadsrechten Utrecht
  • Leenman keizer Hendrik V luisterde niet naar hem
  • Keizer verbleef in Utrecht
  • Leenman nam hem gevangen
  • Stedelingen uit Utrecht bevrijdden de keizer
  • Keizer geeft hen stadsrechten

Slide 6 - Slide

Stadsbestuur
  • Steden hadden eigen bestuur
  • Schout en zijn rakkers waren een soort van politie
  • Schepenen bepaalden welke straf iemand kreeg
  • En de burgemeester samen met zijn raad bepaalde de wetten en straffen
  • Deze samen regeerden de stad
  • Kwamen vaak uit rijke families; hadden veel invloed

Slide 7 - Slide

Gilden
  • Ambachtslieden van hetzelfde ambacht werkten samen
  • Zo'n samenwerking noemde men gilde
  • Elke stad had dus een schoenmakersgilde, een timmermansgilde en een bakkersgilde
  • Controleerde de kwaliteit van de producten, bepaalde de verkoopprijs
  • Bij ziekte of overlijden hielp het gilde de familie

Slide 8 - Slide

Van leerling 
tot meester
  • Je mag alleen een eigen bedrijf hebben, als je lid van een gilde bent.

  • Hiervoor moet je eerst meester worden:
  1. Je begon al erg jong als leerling;
  2. Daarna werd je gezel;
  3. En pas als je meesterproef had gedaan kon je meester worden. Je was dan vaak al ver boven de 30 jaar!
Middeleeuwse ambachtslieden aan het werk.

Slide 9 - Slide

Hieronder zie je de Middeleeuwse namen van steden staan. Sleep ze naar de juiste plek in de kaart.
Masetrieth
Daventre portu
Amestelledamme
Trecht
Gouwe

Slide 10 - Drag question


Hij is de baas van de schepenen
A
Schout
B
Burgemeester
C
Rechter
D
Jury

Slide 11 - Quiz


Van wie kreeg een stad, stadsrechten?
A
Magistraat
B
Schout
C
Burgemeester
D
Heer

Slide 12 - Quiz


Stadsrechten: het recht van een stad op eigen winkels.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz


Het gilde controleert de kwaliteit en de prijs van de producten die de gildeleden maken.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quiz

Als je goed genoeg was, moest je de ????
afleggen. Dat was een soort examen. Als je slaagde, mocht je lid worden van het gilde.

Welk woord moet er op de vraagtekens staan?
A
gilde
B
meester
C
meesterproef
D
leerling

Slide 15 - Quiz

Waarom kregen steden stadsrechten?
Hoe werden steden bestuurd?

Slide 16 - Open question

Gilden
  • Ambachtslieden van hetzelfde ambacht werkten samen
  • Zo'n samenwerking noemde men gilde
  • Elke stad had dus een schoenmakersgilde, een timmermansgilde en een bakkersgilde
  • Controleerde de kwaliteit van de producten, bepaalde de verkoopprijs
  • Bij ziekte of overlijden hielp het gilde de familie

Slide 17 - Slide