What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
3.2 Herhalingsles EZ Inkopen en verkopen havo5
Inkopen & verkopen
Herhalingsles!!
De uitgebreidde lessonup vind je:
https://lessonUp.app/invite/h/ixPMDhifa7nxA2Ptm
1 / 37
next
Slide 1:
Slide
Bedrijfseconomie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
This lesson contains
37 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
90 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Inkopen & verkopen
Herhalingsles!!
De uitgebreidde lessonup vind je:
https://lessonUp.app/invite/h/ixPMDhifa7nxA2Ptm
Slide 1 - Slide
Leerdoelen: inkopen en verkopen
Je kunt het verschil tussen opbrengsten en ontvangsten uitleggen.
Je kunt de verkoopprijs inclusief btw berekenen als de verkoopprijs exclusief btw gegeven is (en omgekeerd).
Je kunt de waarde van de contante verkopen en verkopen op rekening berekenen.
Je kunt de waarde van de contante inkopen en inkopen op rekening berekenen.
Je kunt het verband tussen eindvoorraad, beginvoorraad, inkopen en inkoopwaarde van de omzet uitleggen.
Je kunt de verandering van de waarde van de voorraad berekenen.
Slide 2 - Slide
Wat weet je nog....
We beginnen met een aantal herhalingsoefeningen...
Snap je de oefeningen helemaal dan kun je na de oefeningen aan de slag met 3.14 en 3.18
Snap je de oefening niet/ niet helemaal dan volgt er een uitleg
Slide 3 - Slide
Inkoop
Verkoop
Te betalen btw
Te vorderen btw
Debiteur
Crediteur
Slide 4 - Drag question
Ontvangsten en uitgaven bereken je altijd..
A
inclusief BTW
B
exclusief BTW
Slide 5 - Quiz
Er worden goederen op rekening ingekocht. Welke balanspost verandert niet?
A
Crediteuren
B
Eigen vermogen
C
Te vorderen BTW
D
Voorraad goederen
Slide 6 - Quiz
Een fiets wordt verkocht en direct betaald. Er is sprake van
A
Opbrengsten
B
Ontvangsten
C
Geen van beide
D
Allebei
Slide 7 - Quiz
Van handelsonderneming Zon zijn de hiernaast
staande gegevens bekend. Zon hanteert voor
afnemers een krediettermijn van 2 maanden.
Welke maanden bepalen de waarde van de
ontvangsten van debiteuren in het tweede kwartaal
A
Januari t/m maart
B
Februari t/m april
C
Maart t/m mei
D
April t/m juni
Slide 8 - Quiz
Van handelsonderneming Zon zijn de hiernaast
staande gegevens bekend. Zon hanteert voor
afnemers een krediettermijn van 2 maanden.
Welke maanden bepalen de waarde van de
opbrengst (omzet) in het tweede kwartaal
A
Januari t/m maart
B
Februari t/m april
C
Maart t/m mei
D
April t/m juni
Slide 9 - Quiz
Van handelsonderneming Zon zijn de hiernaast staande
gegevens bekend. Zon hanteert voor afnemers een
krediettermijn van 2 maanden.
Hoeveel bedraagt de ontvangst in het 2e kwartaal?
(geen euroteken, eventueel met 2 dec achter de komma)
Slide 10 - Open question
Van handelsonderneming Zon zijn de hiernaast staande
gegevens bekend. Zon hanteert voor afnemers een
krediettermijn van 2 maanden.
Hoeveel bedraagt de opbrengst in het 2e kwartaal?
(geen euroteken, eventueel met 2 dec achter de komma)
Slide 11 - Open question
En... Wat is je conclusie na de oefeningen?
Ik doe mee met de uitleg
Ik ga in alle rust en stilte aan de slag met 3.6 en 3.8
Slide 12 - Poll
Opstellen van de jaarrekening
Hoofdstuk de beginbalans
Slide 13 - Slide
Opstellen van de jaarrekening
Hoofdstuk: inkopen en verkopen
Slide 14 - Slide
Relaties tussen 4 partijen
Slide 15 - Slide
Opbrengsten en ontvangsten
Een heel belangrijk onderscheid
Slide 16 - Slide
Nieuwe lening verstrekt door de bank, gelden zijn binnengekomen op bankrekening
A
Ontvangst
B
Opbrengst
C
Beide
Slide 17 - Quiz
Ontvangen BTW € 760
A
Ontvangst
B
Opbrengst
C
Beide
Slide 18 - Quiz
Verkopen
Contant en op rekening
Slide 19 - Slide
Inkopen
Contant en op rekening
Slide 20 - Slide
Welke maanden bepalen het bedrag
dat in het vierde kwartaal aan leveranciers
wordt betaald.
A
augustus tm oktober
B
september tm november
C
oktober tm december
Slide 21 - Quiz
Bereken het bedrag dat in het
derde kwartaal aan
leveranciers wordt betaald
A
30.250 +36.300 + 42.350 = € 108.900
B
36.300 + 42.350 + 24.200 = € 102.850
C
42.350 + 24.200 + 30.250 = € 96.800
D
Slide 22 - Quiz
Voorraad
Verandering door inkopen en verkopen
Beginvoorraad
= Saldo beginbalans of balans die al is opgemaakt (bijvoorbeeld per 1/1)
Inkopen
= Ingekocht op rekening/ contant
Inkoopwaarde van de omzet
= Verkochte artikelen tegen inkoopprijs (Afzet x inkoopprijs)
ALLES EXCLUSIEF BTW
Slide 23 - Slide
Inkoopwaarde van de omzet
Vaak verward met inkopen
Inkopen
: voor welk bedrag je de voorraad hebt ingekocht
(Dit zijn GEEN kosten!)
Inkoopwaarde van de omzet
: kosten van de verkochte goederen. Hiermee gaat de voorraad omlaag.
Slide 24 - Slide
Bereken met welk bedrag de waarde
van de voorraad toeneemt door de
inkopen in juni en juli.
A
36.300 + 42.350 = €78.650
B
(36.300 + 42.350) / 1,21 = € 65.000
C
42.350 + 24.200 = € 66.550
D
(42.350 + 24.200) / 1,21 = €55.000
Slide 25 - Quiz
Een ondernemer koopt goederen in voor € 423.500,- (incl 21% BTW).
Zij verkoopt de helft van deze goederen voor € 612.500,- (excl 21% BTW).
Stappen:
1. Bepaal de waarde van de inkopen.
2. Bereken de inkoopwaarde van de omzet.
3. Bepaal de waarde van de eindvoorraad (xxxxxx)
Slide 26 - Open question
Balans
Slide 27 - Slide
Balans - bij verkopen
Tekst
Slide 28 - Slide
Balans - bij inkopen
Tekst
Slide 29 - Slide
Veranderingen op de balans
Incl BTW
Excl BTW
Slide 30 - Slide
Liquiditeitsbegroting
Slide 31 - Slide
Formules liquiditeits-
rekening
Contante verkopen (CV) = afzet CV x Verkoopprijs (incl BTW)
Interestkosten = Beginlening x rente%
Ontvangsten debiteuren --> meestal percentage van verkopen van een 1 a 2 maanden eerder
Uitgaven crediteuren --> meestal percentage van inkopen van 1 a 2 maanden eerder
Slide 32 - Slide
Resultatenbegroting
Slide 33 - Slide
Formules resultaten-
rekening
Omzet = Afzet x Verkoopprijs (ex BTW)
Inkoopwaarde van de omzet = Afzet x Inkoopprijs (ex BTW)
Afschrijvingskosten =
(aanschafwaarde - restwaarde)
levensduur
Interestkosten = Beginlening x rente%
Winstbelasting = Resultaat VB x VPB%
Slide 34 - Slide
Van begin naar eindbalans
Bij inkoop en verkoop
Slide 35 - Slide
Huiswerk: Met welke vraag had je moeite?
3.6 Veranderingen op de balans
3.8 De balans opmaken
Allemaal
Geen van allen
Slide 36 - Poll
Zelfstandig aan de slag met...
- 3.14 Inkopen, verkopen en de balans (p 39)
- 3.18 Square (p 46)
Deze opgaven zijn huiswerk indien je de opgaven deze les niet kan afronden.
Slide 37 - Slide
More lessons like this
Check je kennis: inkopen en verkopen
May 2023
- Lesson with
11 slides
Bedrijfseconomie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Les 2 4H Beco Inkopen en verkopen op rekening
May 2022
- Lesson with
23 slides
Bedrijfseconomie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Lessenreeks les 1
June 2022
- Lesson with
17 slides
Bedrijfseconomie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
hoofdstuk 29
November 2022
- Lesson with
40 slides
Bedrijfseconomie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
Liquiditeitsbegroting
January 2022
- Lesson with
10 slides
Bedrijfseconomie
MBO
Studiejaar 3
Les 5 Herhalen Beco H 35-H38
January 2021
- Lesson with
10 slides
Bedrijfseconomie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 6
Les 5 Herhalen Beco H 35-H38
September 2024
- Lesson with
10 slides
Bedrijfseconomie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 6
Inkopen/verkopen op rekening
March 2024
- Lesson with
16 slides
Bedrijfseconomie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4