Dida - taal - OA - jaar 2 - les 3 - NT2 en woordenschat

Les 3. NT2 en woordenschat
OA - jaar 2 - dida - taal

Daan van der Fange
dfange@novacollege.nl
1 / 25
next
Slide 1: Slide
OnderwijsassistentenMBOStudiejaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Les 3. NT2 en woordenschat
OA - jaar 2 - dida - taal

Daan van der Fange
dfange@novacollege.nl

Slide 1 - Slide

Nodig: 
Werkblad
A3, stiften en BAK/VMBO-lijst voor opdr 3
Programma

  • Start
  • Theorie NT2
  • Theorie & opdracht 2
  • Pauze
  • Theorie woordenschat
  • Opdrachten
  • Afronding 
Doel

Aan het eind van de les kun je:
  • in eigen woorden vertellen wat NT2 inhoudt en waar je op let bij het begeleiden van NT2-leerlingen
  • benoemen uit welke stappen de Viertakt bestaat en deze toepassen

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lessenserie
1. Algemene taalontwikkeling
2. Interactief taalonderwijs
3. NT2 & woordenschat
4. Geletterdheid
5. Lezen 
6. Schrijven
7. Zaakvakken & Engels
8. Diagnostische toets

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Video

This item has no instructions

Meertalige kinderen & NT2
Bij kinderen die tweetalig worden opgevoed verloopt de taalverwerving over het algemeen op dezelfde manier (het tempo waarin kinderen beide talen leren kan verschillen) 

NT2 > Nederlands als tweede taal 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Noteer wat je belangrijk vindt bij het verwerven van een nieuwe taal

Slide 6 - Mind map

This item has no instructions

Waar let je op?

  • Spreektempo
  • Zinsopbouw
  • Accentueer
  • Ondersteun

Slide 7 - Slide

Zie boek!

Spreektempo: praat langzaam en duidelijk
Zinsopbouw: praat in korte zinnen
Accentueer: benadruk belangrijke woorden in een zin of maak er pictogrammen van
Ondersteun: ondersteun wat je zegt met gebaren of handelingen, maar vooral met concreet materiaal


Casus - opdracht 1
In de kleuterklas komt een nieuw Pools jongetje. Hij kan nog geen woord Nederlands. De leerkracht vraagt of jij hem de eerste dag onder je hoede wilt nemen. Daarnaast vraagt de leerkracht of je het kind ook de regels in de klas wilt leren en wat eerste Nederlandse woordjes
.

  • Wat ga je doen? 
  • Noteer 5 voorbeelden van activiteiten
  • Wissel uit




timer
5:00

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Wat houdt de 'stille' periode in?

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

Stille periode
Het is bekend dat sommige meertalige kinderen door een 'stille periode' gaan, ze spreken dan (soms wel een jaar lang) nog niet actief in de nieuwe taal. Dit komt meestal voor bij kinderen die successief meertalig worden opgevoed en voor het eerst in contact komen met de nieuwe taal. (edux.nl)

'Helemaal niks zeggen in de klas betekent niet dat 
een kind niks leert of niet bezig is met taal'
Hoe  kan je een kind helpen dat lang in deze periode blijft hangen?


Slide 10 - Slide

Duurt meestal tot 6 maanden. Veel verschillen. 

Tips
Gun het kind dus vooral de tijd. Benoem het niet-spreken niet in zijn bijzijn. Vraag niet om een antwoord tijdens het kringgesprek, mijn ervaring is dat de drempel dan alleen maar hoger wordt. Kies liever een momentje een-op-een. Ondersteun wat je zegt met een boek, plaatje of gebaar. Veel gebaren, bijvoorbeeld ‘eten’ en ‘drinken’, beelden een actie uit en die zijn in de meeste talen hetzelfde. Positieve feedback is heel belangrijk!
VVE
Waar staat het voor?
Voor- en vroegschoolse educatie 

  • Doel = voorkomen, vroegtijdig opsporen en aanpakken van taal- en ontwikkelingsachterstanden
  • Spelenderwijs voorbereiden op de basisschool
  • Doorgaande lijn  voorschoolse - vroegschoolse educatie (basisschool)
  • Koude/warme overdracht


Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Energizer
Taalspelletje!

Wie wil er eentje leiden?
(Geen galgje...)
timer
3:00

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

MBO - taaltest - woordenschat

1. merites
A
Woord nog nooit tegengekomen
B
Woord wel eens tegengekomen, geen flauw idee van betekenis
C
Woord en betekenis vaag bekend of redelijk bekend
D
Woord en betekenis volledig bekend

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

MBO - taaltest - woordenschat

1. Je moet dat op zijn merites beoordelen.
A
Doelstellingen
B
Uiterlijk
C
Waarde

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

MBO - taaltest - woordenschat

2. scrupules
A
Woord nog nooit tegengekomen
B
Woord wel eens tegengekomen, geen flauw idee van betekenis
C
Woord en betekenis vaag bekend of redelijk bekend
D
Woord en betekenis volledig bekend

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

MBO - taaltest - woordenschat

2. Geen last van scrupules hebben.
A
gewetensbezwaren
B
nachtmerrie
C
negatieve kritieken

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Hoe vaak moet een (onbekend) woord worden herhaald wil het beklijven?
A
2-3
B
4-5
C
6-7
D
8-9

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Woordenschat
Waarom woordenschat expliciet aanbieden?
  • Nieuwe woorden -  woordgeheugen ->  lange termijn geheugen
  • Vanaf 2 jaar - woorden meerdere concepten (kinderstoel)
  • Vanaf 3 jaar - relaties tussen woorden
  • Netwerken in het woordgeheugen 


Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Diepere woordenschat
Netwerken op het gebied van:
  1. Betekenis (stoel - bank)
  2. Vorm (huis - muis)
  3. Synoniem (want - handschoen)
  4. Categorie (peer - appel)
  5. Ervaring (kermis - muziek)

Kunnen jullie een voorbeeld bedenken van elk gebied? Schrijf op!

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Selectie van woorden

Streeflijsten: woorden die elk kind moet kennen

  • BAK-lijst kleuters (2000 woorden eind groep 2)
  • WAK-lijst - oudere kinderen  (woorden per thema per jaargroep)

Hoe worden woorden geselecteerd en aangeboden in de klas? 

Slide 20 - Slide

1. Kies alleen woorden die kinderen nog niet kennen en wel moeten leren.
2. Let op de criteria, 'frequentie', 'nut' en 'pregnante context'. 
3. Kies woorden niet los, maar met de gedachte aan netwerkopbouw.

De viertakt
Didactisch model
  1. Voorbewerken (voorkennis activeren)
  2. Semantiseren (uitleggen '3 uitjes')
  3. Consolideren (oefenen)
  4. Controleren


"3 uitjes": uitbreiden - uitbeelden - uitleggen

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Kijkopdracht
Zoek een filmpje op internet over de viertakt en bekijk/beluister deze goed (leraar24/YouTube).

Beschrijf per fase van het didactisch model wat de leerkracht doet.
Voorbewerken
Semantiseren -> 4 uitjes
Consolideren
Controleren

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Opdracht - lesactiviteit
  • Zoek enkele woorden (die bij elkaar horen) uit de Bak- of Vak-lijst
  • Bedenk in tweetallen een lesactiviteit volgens de Viertakt
  • Gebruik woordclusters (zie onder)
  • Werk het uit op een A-4
  • Na 15 minuten delen 


timer
15:00

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Maak een foto van het eindresultaat

Slide 24 - Open question

This item has no instructions

Afronding

Wat neem je mee?
Doelen behaald?

Doelen
  • in eigen woorden vertellen wat NT2 inhoudt en waar je op let bij het begeleiden van NT2-leerlingen
  • benoemen uit welke stappen de Viertakt bestaat en deze toepassen
Feedback voor Daan?


Volgende week
Geletterdheid (3.5)

Slide 25 - Slide

This item has no instructions