This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Herhaling basisstof 1 t/m 3
Verbranding & Ademhaling
Slide 1 - Slide
je hebt na verbranding verbrandingsproducten en verbrandingsenergie. Tot verbrandingsenergie kunnen de volgende producten horen:
A
zuurstof, licht en water
B
licht, warmte en beweging
C
koolstofdioxide, water en warmte
D
licht, warmte en helder kalkwater
Slide 2 - Quiz
Kaarsvet is de brandstof voor een brandende kaars
A
Waar
B
Niet waar
Slide 3 - Quiz
Wat is de verbrandingsformule?
A
Water + Zuurstof --> Koolstofdioxide + Energie + Verbranding
B
Glucose + Koolstofdioxide --> Zuurstof + Energie + Water
C
Glucose + Zuurstof --> Wter + Koolstofdiocide + Energie
D
Water + Koolstofdioxide --> Zuurstof + Energie + Brandstof
Slide 4 - Quiz
Hoe komt je lichaam aan glucose voor verbranding?
Slide 5 - Open question
Bij minder lichamelijke inspanning is meer energie nodig
A
Waar
B
Niet waar
Slide 6 - Quiz
Bij lichamelijke inspanning klopt het hart sneller en wordt er meer brandstof en ............................ naar de cellen toe gevoerd en er wordt meer ............................ van de cellen af gevoerd.
Er komt meer .......................... vrij.
Koolstofdioxide
Zuurstof
Warmte
Slide 7 - Drag question
Neusholte
Keelholte
luchtpijp
Long
Bronchie
Slide 8 - Drag question
Benoem 2 van de 4 functies die de neusholte.
Slide 9 - Open question
Uitspreken van bepaalde klanken en het afvoeren van traanvocht .
Neusholte
Keelholte
Verwarmen van de lucht
Huig sluit de neusholte af tijdens het slikken
Neusharen die de grote stofdeeltjes tegenhouden/ ziekteverwekkers
Het strottenklepje sluit de luchtpijp af tijdens het slikken
Trilharen verplaatsen het slijm naar de keelholte
Tijdens het ademhalen geuren herkennen
Slide 10 - Slide
De wand van de luchtpijp is verstevigd door kraakbeenringen. Wat is de functie van kraakbeenringen?