Thuis in geldzaken

Thuis in geldzaken
1 / 17
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Thuis in geldzaken

Slide 1 - Slide

Deze les
- huiswerk bespreken 2.3 (toepasvragen)
- uitleg 2.4
- huiswerk 2.4 

Slide 2 - Slide

Sparen met profijt
opdracht 6 t/m 11

Slide 3 - Slide

Risico's van beleggen

Slide 4 - Slide

Beleggen in obligaties
Obligaties zijn leningen aan bedrijven of de overheid. 
  • Over een belegging in obligaties ontvang je rente.

Slide 5 - Slide

Obligaties
Uitleg
Beloning
Risico
Lening aan bedrijf of overheid (verhandelbaar schuldbewijs)
Vaste rente
Bedrijf kan zijn financiële verplichtingen niet nakomen

Slide 6 - Slide

obligaties

Slide 7 - Slide

Aandelen
Je bent mede-eigenaar van een bedrijf (voor dat deel)
Je betaalt een aandeel voor een bedrag
De aandelenkoers bepaalt wat de waarde is van een aandeel.

Slide 8 - Slide

Geld verdienen aan aandelen
  • door koersstijgingen van je aandelen
  • door dividend dat wordt uitgekeerd 

Wat is het risico?

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

                  Aandelen
  • Beleggen in aandelen.
  • Aandelen: je koopt en wordt mede-eigenaar van een bedrijf (aandeelhouder)
  • Je krijgt een deel v.d. winst uitgekeerd (dividend)
  • hoger risico dan obligaties
                    Obligaties
  • Beleggen in obligaties
  • Obligaties: je leent jouw geld voor een bepaalde tijd aan de overheid of een  bedrijf
  • Je ontvangt rentevergoeding

Slide 11 - Slide

Anna heeft € 15.000 op een spaarrekening staan. Haar vriendin vindt zo’n spaarrekening ouderwets. Beleggen geeft een hoger rendement, zegt ze.

Anna besluit haar spaargeld te beleggen. Is de kans groot dat Anna over een paar jaar al haar geld kwijt is? Leg je antwoord uit.

Slide 12 - Open question

Haar vriendin zegt dat beleggen meer oplevert dan een spaarrekening. Is dat altijd zo? Leg je antwoord uit.

Slide 13 - Open question

Zou jij al je spaargeld willen beleggen? Leg je antwoord uit.

Slide 14 - Open question

Opdracht 6
6A. Stel, Anna had 100 aandelen Unilever gekocht op het dieptepunt in jaar 4, en ze had deze op het hoogtepunt in jaar 5 weer verkocht. Hoeveel koerswinst zou ze dan gemaakt hebben?

Slide 15 - Slide

Opdracht 6
* antwoord A = (€ 24 – € 14) × 100 = € 1.000

6B.  Hoeveel procent winst zou Anna dan gehaald hebben? Rond af op hele procenten.

Slide 16 - Slide

Huiswerk
2.4 opdracht: 6C, 6D, 7, 9, 10 en rekentrainer paragraaf 3 blz. 73

Slide 17 - Slide