NEWTON: Hoorbare trillingen les 2

NEWTON: Hoorbare trillingen les 2
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

NEWTON: Hoorbare trillingen les 2

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

DEZE LES

Uitleg
Zelfstandig werken
JE GAAT LEREN OVER
  • de trillingstijd en frequentie aflezen;
  • rekenen met trillingstijd en frequentie.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Uitleg
Laptops dicht

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Voorkennis
Dit weet je nog

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Geluidsbronnen
Een geluidsbron is 'iets' wat trilt. Geluidstrillingen hebben een tussenstof nodig.

Slide 5 - Slide

Afbeelding wave: https://www.acs.psu.edu/drussell/Demos/waves/wavemotion.html 
Hard en zacht
Bij een grote uitwijking klinkt het geluid hard, bij en kleine zacht. 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Hard en zacht
Je kunt de stemvork ook op een klankkast plaatsen.
De klankkast gaat meetrillen. De toon wordt dan versterkt. 
Je noemt dit resonantie.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Hoog en laag
Hoe sneller een snaar trilt, des te hoger is de toon. 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Frequentie
Elke toon heeft zijn eigen frequentie.
Frequentie is het aantal trillingen per seconde
Symbool van frequentie is f en de eenheid hertz (Hz)

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Frequentie
Een gitaarsnaar maakt 2000 trillingen in 5 seconden.
Bereken de frequentie.
Oplossing:
De frequentie is het aantal trillingen in één seconde.
Gebruik een verhoudingstabel.


De frequentie is dus: f = 400 Hz







Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Video

This item has no instructions

Frequentie en trillingstijd
Wat is wat?

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Frequentie
Frequentie is het aantal trillingen per seconde.
Het symbool voor frequentie is de kleine letter f. 
De frequentie wordt gemeten in hertz (Hz). 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Trillingstijd

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Trillingstijd
De trillingstijd (T) geeft aan hoe lang het duurt voordat de beweging zich herhaalt. 
Hier zie je twee manieren om de trillingstijd te meten.

Slide 15 - Slide

Afbeelding: https://www.wetenschapsschool.nl/new_chapters/klas5_ch2.html 
Frequentie
frequentie = 1 ÷ trillingstijd

  
f = 1 ÷ T
f=T1

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Voorbeeld 1
De sproeiarm in de vaatwasser draait in 0,5 s een rondje.
Wat is de frequentie van de sproeiarm?

frequentie = 1 ÷ trillingstijd
frequentie = 1 ÷ 0,5 s
frequentie = 2 Hz


Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Voorbeeld 2
Een ventilator doet 0,2 s over één trilling.
Hoeveel trillingen maakt de ventilator per seconde?

frequentie = 1 ÷ trillingstijd
frequentie = 1 ÷ 0,2 s
frequentie = 5 Hz


Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Voorbeeld 3
De wielen van een bestuurbare auto draaien met een frequentie van 20 Hz. Hoe lang duurt één omwenteling (trillingstijd)?

frequentie = 1 ÷ trillingstijd
trillingstijd = 1 ÷ frequentie
trillingstijd = 1 ÷ 20 Hz
trillingstijd = 0,05 s

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

VRAGEN?

Slide 20 - Slide

Wisselmoment: vragen?
Weektaak
6.2 Hoorbare trillingen
6.3 De snelheid van het geluid
Starten met 10 minuten stil werken
Werk aftekenen?
Zet je naam op het bord en 
werk zelfstandig verder

Slide 21 - Slide

This item has no instructions