This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slide.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
HS 13 Het onderzoek ter terechtzitting
Slide 1 - Slide
Het slachtoffer in het strafrecht heeft...
A
het recht op inzage in alle processtukken
B
de plicht zich tijdens de strafzaak te laten bijstaan door een advocaat
C
het recht zich te voegen in een strafzaak als hij een schadeclaim heeft
D
het recht om een straf re vorderen
Slide 2 - Quiz
Welke functionaris beslist of een verdachte wordt vervolgd?
A
De politie
B
De rechter
C
De hulp Officier van Justitie
D
De Officier van Justitie
Slide 3 - Quiz
De rechter-commissaris...
A
houdt toezicht op het opsporingsonderzoek
B
beslist over de vervolging
C
houdt toezicht op de gang van zaken tijdens de terechtzitting
D
geeft een strafbeschikking af
Slide 4 - Quiz
Jan van der Kraan wordt vervolgd voor diefstal. De eis van de OvJ is 3 jaar. Welke rechter is bevoegd?
A
kantonrechter
B
politierechter
C
meervoudige strafkamer van de Rechtbank
D
Gerechtshof
Slide 5 - Quiz
Latifa el Massoudi is veroordeeld door de Rechtbank voor diefstal met geweld. Zij wil in hoger beroep. Welke rechterlijke instantie is bevoegd?
A
Gerechtshof
B
Rechtbank meervoudige kamer
C
Hoge Raad
D
Kantonrechter
Slide 6 - Quiz
Peter van Vliet is veroordeeld door de kantonrechter tot betaling van een boete van € 350,-. Hij wil in hoger beroep. Welke instantie is bevoegd?
A
Rechtbank, meervoudige kamer
B
Gerechtshof
C
politierechter
D
Hoge Raad
Slide 7 - Quiz
Wie houdt het requisitoir op de terechtzitting?
A
De Officier van Justitie
B
de rechter
C
de advocaat
D
de verdachte
Slide 8 - Quiz
Wat is een taak van de rechter tijdens de terechtzitting?
A
voorlezen van de tenlastelegging
B
vragen stellen aan getuigen
C
houden van een requisitoir
D
een eis (tot oplegging van een bepaalde straf) formuleren
Slide 9 - Quiz
Wie heeft het laatste woord op een onderzoek ter terechtzitting?
A
de officier van justitie
B
de advocaat van de verdachte
C
de verdachte
D
de rechter
Slide 10 - Quiz
Michiel van de Plas heeft een strafbeschikking ontvangen voor fietsendiefstal. Hij is het er niet mee eens. Welk rechtsmiddel kan hij instellen?
A
hoger beroep
B
verzet
C
cassatie
D
bezwaar
Slide 11 - Quiz
Louis Boulanger is veroordeeld tot een geldboete wegens oplichting. Hij wil in hoger beroep. Binnen welke termijn moet hij hoger beroep instellen?
A
6 weken nadat hij de einduitspraak heeft ontvangen
B
6 weken na de einduitspraak
C
14 dagen nadat hij de einduitspraak heeft ontvangen
D
14 dagen na de einduitspraak
Slide 12 - Quiz
Peter Bol is onherroepelijk veroordeeld voor moord op Anna Boland. Een jaar later verklaart Michel Mostert dat hij heeft gezien dat iemand anders Anna destijds heeft neergeschoten. Deze getuigenverklaring levert een nieuw feit op. Welk rechtsmiddel kan Peter in dit geval instellen?