This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Module 02 Macromoleculen
Hoofdstuk 1. Organische stoffen
1. Voorstelling organische formules
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
Je kan de unieke eigenschappen van C geven.
Je kan uitleggen hoe je een organische stof in een formule weergeeft en waarom je dit zo doet.
Je kan een omschrijving geven voor het begrip isomeren.
Slide 2 - Slide
Module 02 Macromoleculen
Hoofdstuk 1. Organische stoffen
1. Voorstelling organische formules
1.1 Bindingsmogelijkheden van C
Noteer onderstaande titels in je schrift
Slide 3 - Slide
Bekijk aandachtig volgende videofragmenten. Beantwoord telkens de vragen.
Lees telkens de tekst in je handboek p.55-57
Neem notities
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Video
Hoeveel organische stoffen zijn er?
A
meer dan 10 000
B
meer dan 100 000
C
meer dan 10 000 000
D
exact 10 000 000
Slide 6 - Quiz
Hoeveel elektronen heeft C?
A
4
B
6
C
8
D
10
Slide 7 - Quiz
C heeft 4 valentie-elektronen. wat zijn valentie-elektronen?
Slide 8 - Open question
Si heeft gelijkaardige eigenschappen dan C en kan ook grote moleculen vormen zoals siliconen. C kan echter veel meer soorten moleculen vormen omdat ...
A
C kleiner is dan Si
B
enkel C vier covalente bindingen kan aangaan
C
Si geen covalente bindingen kan aangaan
D
C groter is dan Si
Slide 9 - Quiz
Waar of niet waar? 'C kan meervoudige bindingen aangaan.'
A
waar
B
niet waar
Slide 10 - Quiz
Waar of niet waar? 'C kan met andere C-atomen ringen vormen.'
A
waar
B
niet waar
Slide 11 - Quiz
Zoek op: Wat is het verschil tussen verzadigde en onverzadigde verbindingen? (zie ook handboek)
Slide 12 - Open question
Module 02 Macromoleculen
Hoofdstuk 1. Organische stoffen
1. Voorstelling organische formules
1.2 Notitiemogelijkheden van een organische stof
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Video
Wat geeft een brutoformule van een organische stof weer?
A
Hoe de C- en H-atomen aan elkaar gebonden zijn
B
Hoeveel C-atomen en H-atomen de molecule bevat
C
Hoeveel bindingen er in een molecule aanwezig zijn
D
Hoe een molecule er uitziet
Slide 15 - Quiz
Leg in je eigen woorden uit waarom je een organische stof best niet voorstelt door een brutoformule.
Slide 16 - Open question
Geef een correcte omschrijving voor het begrip isomeren.
Slide 17 - Open question
Hoeveel C-atomen en hoeveel H-atomen bevat deze skeletformule?
A
C:7 H:14
B
C:8 H:20
C
C:7 H:16
D
C:8 H:18
Slide 18 - Quiz
Teken de skeletformule van drie isomeren van
C6H14
Maak een foto en voeg hier toe.
Slide 19 - Open question
Heb je de leerstof begrepen?
😒🙁😐🙂😃
Slide 20 - Poll
Stel hier vragen over de onderdelen die je niet (goed) begrepen hebt.