Spelling klas 1: Hoofdletters, leestekens & werkwoorden

1 / 51
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 51 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Vandaag
1. Lezen 
2. Uitleg hoofdletters 
3. Online oefening 
4. Maken 3.1 onderdeel A & B.
Aan het einde van de les:  Moet je weten wanneer je een hoofdletter gebruik bij het schrijven 
Hebben we het extra gehad over hoofdletters bij: namen van personen, eigennamen & aardrijkskundige namen. 


Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Wat is de goede spelling?
A
Pius X college
B
pius x College
C
Pius X College
D
Pius x College

Slide 5 - Quiz

Wanneer schrijf je een hoofdletter?

Slide 6 - Open question

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Welk woord is niet goed geschreven?
A
HEMA
B
Avonturenpark Hellendoorn
C
Shoarmazaak
D
Ikea

Slide 10 - Quiz

Wat is goed geschreven?
A
Marina Van der Wal
B
Marina van der Wal
C
M. Van Der Wal
D
Marina Van Der Wal

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Slide

Welk woord is fout?
A
Noord-hollander
B
West-Europa
C
's-Gravenhage
D
Lazio Roma

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Link

Vandaag
1. Lezen
2. Herhaling hoofdletters
3. Leestekens
4. Kahoot hoofdletters
5. Online oefening hoofdletters

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Alle feestdagen krijgen een hoofdletter. 
Dus: Eerste Kerstdag, Tweede Pinksterdag, Hemelvaartsdag, Nieuwjaarsdag. 
 
Maar let goed op: 
Het is oudjaar 
Samenstellingen van feestdagen zijn met een kleine letter, dus: kerstboom, paashaas, oudjaarslot. 

Slide 20 - Slide

Wat is goed?
A
Nieuwjaarsdag
B
nieuwjaarsdag

Slide 21 - Quiz

Wat is goed?
A
Op Tweede Kerstdag gingen we de kerstboom opzetten
B
Op Tweede Kerstdag gingen we de Kerstboom opzetten
C
Op tweede Kerstdag gingen we de kerstboom opzetten
D
Op Tweede kerstdag gingen we de kerstboom opzetten

Slide 22 - Quiz

Wat is goed geschreven?
A
HEMA
B
aardrijkskunde
C
havo

Slide 23 - Quiz

Wat is goed?
A
Op oudjaar eten we een oliebol.
B
Op Oudjaar eten we een Oliebol.
C
op oudjaar eten we een Oliebol
D
Antwoord D is gewoon fout.

Slide 24 - Quiz

Slide 25 - Slide

Welk leesteken past op de plek (de X)?
Meneer Ponsteen zegt X jullie gaan zo oefenopdrachten maken
A
aanhalingstekens
B
dubbele punt
C
komma
D
trema

Slide 26 - Quiz

Welk leesteken past op de plek (de X)?
Meneer Ponsteen zei net: X jullie gaan zo oefenopdrachten maken
A
Aanhalingsteken
B
dubbele punt
C
komma
D
trema

Slide 27 - Quiz

Wanneer gebruik je een komma?

Slide 28 - Open question

Slide 29 - Link

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Link

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Video

Slide 39 - Link

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Link

Slide 43 - Link

Slide 44 - Slide

Slide 45 - Slide

Slide 46 - Slide

Slide 47 - Slide

Slide 48 - Slide

Slide 49 - Slide

Slide 50 - Slide

Slide 51 - Slide