Formuleren P3

Nederlands
Donderdag 3e lesuur 
09.45-10.30
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Nederlands
Donderdag 3e lesuur 
09.45-10.30

Slide 1 - Slide

Hebben we er weer zin in?

Slide 2 - Slide

Programma
1. Lezen
2. Herhaling 
3. Aan de slag  
4. Extra tijd
5. Afsluiten

Slide 3 - Slide

Lezen

Slide 4 - Slide

Verwijzen naar bezit
Je leert verwijzen naar bezit. 

Slide 5 - Slide

Bekijk de zin:
Giliam speelt met Giliams voetbal.
Het is duidelijk van wie de bal is: van Giliam. Toch leest de zin niet prettig. In een zin waar een bezit in staat, gebruik je een verwijswoord.
Giliam speelt met zijn voetbal.

Slide 6 - Slide

Bezittelijke voornaamwoorden staan altijd vóór het bezit waar het bij hoort: haar moeder; onze vrienden; dit is mijn vulpen

Het verwijswoord past meestal bij het onderwerp van de zin.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Opdracht 1 en 2

Slide 9 - Slide

Aan de slag 
Maak nu opdracht 3 t/m 6 op blz 219, 
of op de iPad. 

Dit is huiswerk voor: 
dinsdag  6 februari 
NL: M: Opdr. 3 t/m 6 blz. 219

Slide 10 - Slide

Klaar?
Goed gewerkt.
Doe lekker iets voor jezelf!

Slide 11 - Slide

Dat was het weer!
Tot volgende week toppers! 

Slide 12 - Slide