This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
5BIOW NED Taalverandering
Slide 1 - Slide
Voorbeelden van taalverandering?
Slide 2 - Mind map
Domeinen in de taalkunde?
Slide 3 - Mind map
In welk deeldomein van de taalkunde wordt onderzocht hoe een zin grammaticaal wordt opgebouwd?
A
pragmatiek
B
morfologie
C
syntaxis
D
semantiek
Slide 4 - Quiz
Welk onderdeel van de taalkunde zou zich het meest bezighouden met de vraag "Hoe beïnvloedt de context de betekenis van een zin?"
A
pragmatiek
B
morfologie
C
fonologie
D
semantiek
Slide 5 - Quiz
Welke taalkundige discipline bestudeert niet alleen hoe woorden worden gevormd, maar ook hoe ze structureel opgebouwd zijn?
A
syntaxis
B
morfologie
C
fonologie
D
semantiek
Slide 6 - Quiz
Welke zusterdiscipline van de fonetiek richt zich op de functie van klanken in een taal?
A
syntaxis
B
morfologie
C
fonologie
D
semantiek
Slide 7 - Quiz
Welke taalkundige discipline houdt zich bezig met de studie van taaluitingen in context?
A
syntaxis
B
morfologie
C
pragmatiek
D
semantiek
Slide 8 - Quiz
Wat bestudeert de betekenis van woorden, zinnen en taaluitingen?
A
syntaxis
B
morfologie
C
pragmatiek
D
semantiek
Slide 9 - Quiz
Welk deeldomein van de taalkunde richt zich op de studie van de zinsbouw?
A
syntaxis
B
morfologie
C
pragmatiek
D
semantiek
Slide 10 - Quiz
Welke discipline van de taalkunde houdt zich bezig met de vorming van woorden?
A
syntaxis
B
morfologie
C
pragmatiek
D
semantiek
Slide 11 - Quiz
Welk taalkundig deeldomein bestudeert hoe klanken functioneren in een specifieke taal?
A
fonologie
B
morfologie
C
fonetiek
D
semantiek
Slide 12 - Quiz
Welk onderdeel van de taalkunde houdt zich bezig met hoe klanken gevormd, klinken en gehoord worden?
A
fonologie
B
morfologie
C
fonetiek
D
semantiek
Slide 13 - Quiz
Taalverandering -> weerstand
verandering begrijpen = taal beter begrijpen
Welke factoren hebben een invloed op taalverandering?
Slide 14 - Slide
2.1.3.1Maak nu deze oefening in Lernova. (2.1.3.1)
Slide 15 - Slide
Denk terug aan de voorbeelden van taalverandering die jullie in de woordenwolk plaatsten in het begin van de les. In welk deeldomein van de taalkunde situeert de taalverandering zich?
Slide 16 - Open question
diachroon <-> synchroon
Slide 17 - Mind map
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
4 soorten taalvariatie
Lees 3.1 tot en met 3.4
Maak een schema (waaierschema b.v.) met de soorten taalvariatie. Lees ook het stukje over 'Wie wint?'
Slide 20 - Slide
Waarom verkiezen we de ene vorm boven de andere? Waarom wordt een taalvariëteit uiteindelijk dominant?