H.3- Werkwoordspelling-mavo2

Wat moeten jullie straks kennen en kunnen?


Het doel van deze les is:


Na deze les weten jullie wanneer je hoofdletters gebruikt  en kunnen jullie het schema voor de werkwoordspelling gebruiken .

1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Wat moeten jullie straks kennen en kunnen?


Het doel van deze les is:


Na deze les weten jullie wanneer je hoofdletters gebruikt  en kunnen jullie het schema voor de werkwoordspelling gebruiken .

Slide 1 - Slide

 Wat weten we nog van het gebruik van hoofdletters?


Schrijf nu op wat je nog weet.

Wanneer krijg je een hoofdletter en wanneer niet?


Schrijf minstens 3 regels op


We kijken zo of jullie het goed hebben

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Link

Zo schrijf je een werkwoord –  Gebruik de vraagproef of tijdproef om te zien of het werkwoord een persoonsvorm is.

  • –  Ga na of de pv in de tegenwoordige of verleden tijd geschreven moet worden.
  • – Gebruik de regels van de tegenwoordige tijd of verleden tijd uit het schema.
  • – Als het werkwoord geen pv is, gebruik dan de verlengproef.
     

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Nu zelfstandig aan de slag



Bespreken opdrachten en evaluatie van de les






Wat nu?

Voordat  je de opdrachten gaat maken, lees je eerst zelfstandig de theorie op  blz. 114 goed door.



Opdrachten maken  4t/m 7  blz. 115-116




 




Slide 9 - Slide


Extra oefenen, of meer uitleg? 

kies op Snapput.nl

 het boek   havo-vwo 1-Hfdst. 3

Spelling persoonsvorm tegenwoordige tijd

maak de oefeningen

en/of bekijk nog eens de uitlegvideo


https://www.snapput.nl/video/spelling-persoonsvorm-tegenwoordige-tijd/



Slide 10 - Slide

Slide 11 - Link

Even checken.

Wie vertelt mij in het kort, wat er zojuist is verteld?

Geen vingers! Ik geef de beurt aan ......................................

Slide 12 - Slide

Aan de slag

Slide 13 - Slide

Opdracht: in 2 tallen=
 Bespreek met je klasgenoot wat er tijdens deze les is geleerd? Wat moet je onthouden? Hoe vertel je dit aan een leerling van een andere klas?

Opdracht: in 2 tallen=
 Bespreek met je klasgenoot wat er tijdens deze les is geleerd

Wat moet je onthouden, is belangrijk?
 
Hoe vertel je dit aan een leerling van een andere klas?

Wat was het doel van de les en is het doel bereikt?



Slide 14 - Slide