Trainingskunde LE 4.2 Les 6

• Welzijn
• MBO
• Studiejaar 1

Inhoud

• Latijnse termen voor bewegingen en gewrichten
• Herhaling spieren 
• Spiervezels
• Contracties 

Anatomische houding

Abductie 

Art. Humeri

Abductie

Art. Coxae

Adductie

Art. Humeri

Adductie 

Art. Coxae

Anteflexie

Art. Humeri

Anteflexie 

Art. Coaxae

Retroflexie 

Art. Humeri

Retroflexie 

Art. Coaxae

Flexie (buigen)

(Art. Cubiti)

Flexie (buigen)

(Art. Genus)

Extensie (strekken)

(Art. Cubiti)

Extensie (strekken)

(Art. Genus)

Articulatio betekent bot

1. Waar
2. Niet waar

Art. Humeri is je schoudergewricht.

1. Waar
2. Niet waar

Art. Pedis is je kniegewricht.

1. Waar
2. Niet waar

Articulatio

Als we het hebben over Articulatio (art.) (mv: Art.'s) dan bedoelen we .... ?

Art. Humeri – ?

Sternoclavicularis - ?

Art. Cubiti - ?

Art. Manus - ?

Art. Coxae - ?

Art. Genus - ?

Art. Pedis - ?

Vertebrae - ?

Humeri = bovenarm-schouder

Strenoclavicularis = borstbeen-sleutelbeen

Cubiti = ellebooggewricht

Manus = hand = MANUSJE VAN ALLES = MANICURE

Coxae = heup

Genus = Knie

Pedis = voet = PEDICURE

Vertrebrae = wervel

Articulatio

Als we het hebben over Articulatio (art.) (mv: Art.'s) dan bedoelen we GEWRICHT !

Art. Humeri – Schouder

Sternoclavicularis - Schoudergordel

Art. Cubiti - Elleboog

Art. Manus - Pols

Art. Coxae - Heup

Art. Genus - Knie

Art. Pedis - Enkel

Vertebrae - Wervel

Humeri = bovenarm-schouder

Strenoclavicularis = borstbeen-sleutelbeen

Cubiti = ellebooggewricht

Manus = hand

Coxae = heup

Genus = Knie

Pedis = voet

Vertrebrae = wervel

Hoe noem je het heup gewricht

1. Art.Humeri
2. Art.Cubiti
3. Atr.Genis
4. Art.Coxae

Endorotatie  (binnen)

Art. Humeri 

Exorotatie (buiten)

Art. Humeri

Endortatie (binnen)

Art. Coxae

Exorotatie (buiten)

Art. Coaxae

Protractie 

Schoudergordel

Retractie 

Schoudergordel

Elevatie

Schoudergordel

Depressie 

Schoudergordel

Pronatie (binnen)

Art. Cubiti

Supinatie (open)

Art. Cubiti

Inversie

(Art. Pedis)

Eversie 

(Art. Pedis)

Palmair flexie

(Art. Manus)

Dorsaal flexie

(Art. Manus)

Plantair flexie

(Art. Pedis)

Dorsaal flexie

(Art. pedis)

Anteflexie

(Vertebrae)

Rotroflexie 

(Vertebrae)

Laterorotatie (zijwaarts - vertebrae

Torsie (draaien)

(Vertebrae)

Torsie (draaien)

(Vertebrae)

Functies van spieren

glad spierweefsel

dwarsgestreept

Hartspier  weefsel

type 1 en type 2 spiervezels

Slow twitch en fast twitch 

Skeletspier 

Langzame spiervezels

Trekken traag samen, weinig kracht, maar houden het lang vol.

Goede doorbloeding --> rood (koe)

Skeletspier 

Snelle spiervezels 

Trekken snel samen, veel kracht, maar houden het niet lang vol.​

Minder goede doorbloeding --> wit (kip)

Snelle/langzame spiervezels

Verdeling van spiervezels is erfelijk.

 

Door training kan je geen langzame spiervezels omzetten in snelle spiervezels (of andersom)!

Wel kun je meer van bepaalde spiervezels krijgen!

spiervezels type I staat ook bekend als:

1. slow twitch vezels
2. fast twitch vezels
3. type II

Type 1: rode spiervezels; slow-twitch is voor sprinters?

1. Waar
2. Niet Waar

Heeft deze sporter meer type 1 of 2 spiervezels?

1. Type 1
2. Type 2

Heeft deze sporter meer type 1 of type 2 spiervezels?

1. Type 1
2. Type 2

Rollen van een spier in beweging

Agonist = hoofdspier

Synergist = hulpspier

Antagonist = tegenoverliggende (tegenoverwerkende) spier

M. Biceps Brachii

M. Triceps Brachii

Origo: Beweegt niet

Insertie: Beweegt

Biceps

Origio:

• Caput brevis: pr. coracoideus
• Caput Longum: tuberculum supra glenoidale

Insertie:

• tuberculum radii

Functie:

• Flexie (agonist)
  
• Supinatie (ondersteunend; synergist)
  
• Anteflexie (ondersteunend; synergist)
  

Triceps

Origo:

• Caput longum: Tuberculum infraglenoidale
• Caput mediale: Mediaal achterzijde humerus
  
• Caput laterale: Lateraal achterzijde humerus

Insertie:

• Gezamelijke eindpees: Olecranon

Functie:

• Extensie (agonist)
• Caput longum:
• Adductie (ondersteunend; synergist)
• Retroflexie vanuit een anteflexie stand (synergist)
  

Noem nog 1 (fitness) oefening die statisch (isometisch) is

Wat is de naam van spier nr. 5

1. M. Hamstring
2. M. Biceps Femoris
3. M. Soleus
4. M. Gastrocnemius

Hoe heet deze spier?

1. M. Biceps Brachii
2. M. Sartorius
3. M. Teres major
4. M. Deltoïdeus

Hoe heet de spier met Nr. 1

1. M. Latissimus Dorsi
2. M. Trapezius
3. M. Teres Major
4. M. Errector Spinea

De spier die je ziet op dit plaatje is?

1. M. Obliquus Abdominus Internus
2. M. Rectus Abdominus
3. M. Pectoralis minor
4. M. Obliquus abdominus externus

Botten raden

Vragen?