This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Zoek je plek.
Pak je laptop en je werkboek.
We gaan een LessonUp doen.
Slide 1 - Slide
H11 Erfelijkheid
Slide 2 - Slide
Vandaag
1. Herhaling H10 en H11: wat weet je nog?
2. Uitleg met opdrachten
3. Oefenen
4. Nakijken via de ELO
Slide 3 - Slide
Herhaling
H10 Je verandert
H11 Erfelijkheid
Slide 4 - Slide
Sleep de woorden naar de juiste onderdelen.
Hypofyse
Hormoon
Hormoon
Bloed
Slide 5 - Drag question
Op welke organen heeft het hormoon effect?
A
Alle organen
B
Alleen de maag
C
De galblaas en de darmen
D
De lever en de maag
Slide 6 - Quiz
Welke volgorde van 'groot naar klein' klopt?
A
DNA--> gen --> chromosoom
B
Gen --> DNA --> chromosoom
C
Chromosoom --> gen
--> DNA
D
DNA --> gen -->
chromosoom
Slide 7 - Quiz
Chromosomen paar
Chromosoom
Geslachtschromosomen
Slide 8 - Drag question
Mitose
46
46
Meiose
23
Slide 9 - Drag question
Fenotype
Homozygoot
Een "onderdrukt" allel
De allelen voor een bepaalde eigenschap
Twee verschillende allelen voor een bepaalde eigenschap
Homozygoot dominant
Homozygoot recessief
Heterozygoot
De waarneembare eigenschap van een organisme
Twee gelijke allelen voor een eigenschap
Recessief allel
Gen
Heterozygoot
AA
aa
Aa
Slide 10 - Drag question
Mevrouw Pierik heeft blauwe ogen. Blauw is recessief. Wat kan haar genotype wat betreft 'oogkleur' zijn?
Slide 11 - Open question
Uitleg met opdrachten
Slide 12 - Slide
Leerdoelen
Na deze les, kun je:
Een kruisingsschema maken om de genotypes en fenotypes van kinderen te voorspellen.
Slide 13 - Slide
Kruising!
Hoe gaan de kinderen eruit zien??
Slide 14 - Slide
Kruising!
Met een kruisingsschema kun je het genotype en fenotype van de kinderen voorspellen.
Slide 15 - Slide
Stappenplan
Schrijf het fenotype van beide ouders op inclusief het geslacht
Schrijf het genotype van beide ouders hieronder
Schrijf de allelen in de geslachtscellen/gameten op
Maak het kruisingsschema
Schrijf onder het schema de verhouding in genotypen op
Schrijf daaronder de verhouding in fenotype
heterozygoot
Slide 16 - Slide
Langharige cavia
Kortharige cavia
Oefenen
Slide 17 - Slide
Allel voor kort haar dominant Allel voor lang haar recessief Mannetjes cavia is kortharig en homozygoot Wat is zijn genotype?
A
AA
B
Aa
C
aa
Slide 18 - Quiz
Allel voor kort haar dominant Allel voor lang haar recessief Vrouwtjes cavia is langharig Wat is haar genotype?
A
AA
B
Aa
C
aa
Slide 19 - Quiz
Mannetjes cavia: AA Welk(e) allel(en) kan hij doorgeven?
A
Alleen A
B
Alleen a
C
A of a
D
Geen
Slide 20 - Quiz
Vrouwtjes cavia: aa Welk(e) allel(en) kan zij doorgeven?
A
Alleen A
B
Alleen a
C
A of a
D
Geen
Slide 21 - Quiz
Mannetjes cavia: kan alleen A doorgeven Vrouwtjes cavia: kan alleen a doorgeven Welk kruisingsschema is correct?
A
B
C
D
Slide 22 - Quiz
Hoe groot is de kans op een jong met lang haar? (kort haar is dominant)
A
25%
B
50%
C
100%
D
0%
Slide 23 - Quiz
Slide 24 - Slide
Bij konijnen is de vachtkleur zwart dominant over wit. Een homozygoot zwart konijn wordt enkele malen gekruist met een wit konijn. Wat is het genotype van de konijntjes uit de F1 (de jongen)
A
Aa
B
AA
C
aa
Slide 25 - Quiz
Opdrachten maken
Wat: Maak van 11.3 opdrachten: 3 en 4
Kijk daarna je huiswerk na via de ELO.
Hoe: Alleen (je mag rustig overleggen)
Hoe lang: De rest van de les
Hulp: Boekje en vragen stellen
Resultaat: Het wordt huiswerk
Slide 26 - Slide
Taaislijmziekte is een ernstige erfelijke ziekte die wordt veroorzaakt door een recessief allel (r). Mensen die het dominante allel(R) bezitten, hebben de ziekte niet.
Het onderzoek wijst uit dat de baby geen taaislijmziekte zal krijgen.
Welk genotype of welke genotypen kan de baby hebben?