Thema 1 - BS 1.3 Ontwikkeling

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo lwoo, b, k
• Leerjaar 1

Basisstof 1.3 Ontwikkeling

Basisstof 1.3 Ontwikkeling

Planning:

• Herhaling & Nakijken
  
• Uitleg basisstof 3
• Aan het werk
• Afsluiting

Huiswerk 

Is de test jezelf klaar, van paragraaf 2?

LEVEND

DOOD

LEVENLOOS

Leerdoelen

Aan het eind van de les;

• kun je een loep gebruiken.
• kun je de ontwikkeling van een zaadplant beschrijven.
• kun je omschrijven wat ontwikkeling is. 
  

Een zaad

In een zaad zit een kiem. Dat is een klein worteltje, stengeltje en blaadjes. Dit is het begin van een nieuwe plant. De kieming begint als het zaad water opneemt. 

De eerste blaadjes die boven de grond komen, zijn de zaadlobben. Deze bevatten voedingsstoffen.  

De bouw van een zaad

• Kiem is het begin van een nieuwe plant en bestaat uit een kleine worteltje en blaadjes.

Om te groeien heeft de kiem water en voedsel nodig; 

• Water > uit de grond 
• Voedsel > uit de zaadlobben

Een zaad

• Zaadhuid: Beschermt het zaad.

• Navel: Hiermee zat een zaad vast in de vrucht.

• Poortje: Hiermee kan een zaad water opnemen.

• Hartvormig bultje: Geen functie 

Onderdelen

Water opnemen 

Vastgezeten aan de plant 

Bescherming 

Zaadlobben

De zaadlobben bevindt zich aan de binnenkant. Hier zit reservevoedsel in. 

Tijdens het groeien gebruikt de boon dit reserve voedsel.

Vergroten

Loep = vergrootglas

• Met een loep kan je kleine organismen vergroten en bekijken.

Kennisvraag: zet de namen van de onderdelen van de bruine boon op de juiste plekken.

Zaadhuid

Zaadlob

Poortje

Hartvormig bultje

Navel

Ontwikkeling bij planten

Levenscyclus tomatenplant

1. kieming worteltje als eerste naar buiten
2. kiemplant: stengel en blaadjes  boven de grond
3. volwassen plant: bloemen en zaden

kieming

1

kiemplant

2

volwassen plant

3

Wat is ontwikkeling?

               Ontwikkeling

Ontwikkeling is als een vorm van een organismen verandert. Bij ontwikkeling verandert de bouw van organismen. 

Ook kunnen er nieuwe delen ontstaan 

Wat is groeien?

Groei 

Alle organismen groeien. Dat betekend dat ze groter en zwaarder worden. 

Wat is dit?

1. Groei
2. Ontwikkeling
3. Groei en ontwikkeling

Een tomatenplant krijgt voor het eerst bloemen. Is dit groei of ontwikkeling?

1. Groei
2. Ontwikkeling
3. Allebei
4. Geen van beide

Als een baby tanden krijgt,
noem je dit dan
groei of ontwikkeling

1. groei
2. ontwikkeling

Groei of Ontwikkeling?
Er ontstaan bloemen...

1. Groei
2. Ontwikkeling

Als een plantje nieuwe zijwortels krijgt, is dit dan groei of ontwikkeling?

1. Groei
2. Ontwikkeling

Een plant heeft bladeren die groter worden.
Groei of ontwikkeling?

1. Groei
2. Ontwikkeling

Zie je hier de groei of ontwikkeling
van het lieveheersbeestje?

1. groei
2. ontwikkeling

Wat is ontwikkeling?

A. Groter en zwaarder worden van een organisme

B. Levenskenmerken vertonen

C. Groeien van een organisme

D. Veranderingen in bouw van een organisme

Wat is ontwikkeling?

A. Groter en zwaarder worden van een organisme

B. Levenskenmerken vertonen

C. Groeien van een organisme

D. Veranderingen in bouw van een organisme

Goede antwoord = D

Wat is de functie van de zaadhuid van een bruine boon?

A. Water opnemen

B. De boon beschermen

C. Hiermee zat hij vast aan de moederplant

D. Geen functie

Wat is de functie van de zaadhuid van een bruine boon?

A. Water opnemen

B. De boon beschermen

C. Hiermee zat hij vast aan de moederplant

D. Geen functie

Wat is een kiem in een bruine boon?

A. Blaadje, worteltje en zaadlobben.

B. Blaadje en zaadlobben

C. Blaadje en worteltje

D. Zaadlobben

Wat is een kiem in een bruine boon?

A. Blaadje, worteltje en zaadlobben.

B. Blaadje en zaadlobben

C. Blaadje en worteltje

D. Zaadlobben

Wat is een loep?

A. Een microscoop

B. Een vergrootglas

C. Een verrekijker

D. Een verkleinglas

Wat is een loep?

A. Een microscoop

B. Een vergrootglas

C. Een verrekijker

D. Een verkleinglas

Aan het werk: 

Wat? : Maken opdracht: 

1, 2, 5, 6, 7, 8.

Klaar: 

• Flitskaarten.
• Om te onthouden lezen.
• Test jezelf maken.

Practicum:

Opdracht 3 en 4 (blz. 26 t/m 28)

Tijd?: 25 min

Hoe?: Tweetallen

Hulp?: Je boek/docent

Leerdoelen

Aan het eind van de les;

• kun je een loep gebruiken.
• kun je de ontwikkeling van een zaadplant beschrijven.
• kun je omschrijven wat ontwikkeling is. 
  

Huiswerk

• Opdracht: 1,2,5,6,7,8.
  
• Flitskaarten
• Om te onthouden
• Test jezelf