Voorbereiding Schoolexamen tijdvak 5 en 6

Vandaag: 
  • Laatste les voor schoolexamen Tijdvak 5 en 6. 
  • Volgende week dinsdagmiddag: vragenuurtje (13:15 waarschijnlijk) 
  • Oefenen met verschillende soorten vragen.
  • Leren: Hoe pak je het aan?
  • Vragen?
1 / 11
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 11 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Vandaag: 
  • Laatste les voor schoolexamen Tijdvak 5 en 6. 
  • Volgende week dinsdagmiddag: vragenuurtje (13:15 waarschijnlijk) 
  • Oefenen met verschillende soorten vragen.
  • Leren: Hoe pak je het aan?
  • Vragen?

Slide 1 - Slide

Oefenen met vragen
Op SE verschillende typen vragen: 
  • Begrippen uitleggen. 
  • Chronologievragen. 
  • Beeldbronnen. 
  • Tekstbronnen. 
  • Vragen naar verbanden. 

Slide 2 - Slide

Begrippen uitleggen: 
  • Leer begrippen uit je hoofd (stampen) 
  • Zorg ook dat je steeds weet bij welk KA een begrip hoort en in welk tijdvak je het kunt plaatsen. 
  • Hetzelfde geldt voor gebeurtenissen en personen.  

Slide 3 - Slide

Chronologievraag: 
  • Je wordt altijd gevraagd gebeurtenissen in goede volgorde te zetten. Daarom is het handig te snappen wat eerst gebeurde en wat later (oorzaak/gevolg)
  • Oefen bijvoorbeeld door A4 in briefjes te knippen. Schrijf voorop een gebeurtenis, achterop het jaartal. Je kunt jezelf trainen door steeds een aantal briefjes te pakken en kijken of je ze op de goede volgorde kunt leggen. 

Slide 4 - Slide

Pacificatie van Gent.
Moord op Willem van Oranje.
Einde van de Nederlandse Opstand.
Unie van Atrecht.
Unie van Utrecht.
De Beeldenstorm.
Het Plakkaat van Verlatinghe.
Het uitroepen van de Republiek der Verenigde Nederlanden.

Slide 5 - Slide

Beeldbron/tekstbronvragen: 
  • Lees de vraag goed. Let goed op woorden die uitleggen wat je moet doen, zoals "verklaar", "leg uit", of "beargumenteer"
  • Meestal wordt gevraagd een element uit de bron te benoemen. Bij beeldbronvragen is dat altijd letterlijk  iets dat je ziet. Bij tekstbronvragen een letterlijk citaat. 
  • Leg altijd uit waarom je deze elementen gebruikt.  

Slide 6 - Slide

Vraag uit CE 2017

Gebruik bron 4.
Met dit schilderij van Ghirlandaio kun je de heroriëntatie op de klassieke
oudheid en het veranderde mensbeeld van de Renaissance illustreren. 

Toon dit aan door:
- een element uit het schilderij te noemen dat aansluit bij de
heroriëntatie op de klassieke oudheid en
- een element uit het schilderij te noemen dat aansluit bij het
veranderende mensbeeld van de Renaissance.

--> dit is een CE-vraag, dus we moeten het opschrijven.
--> pak een pen en schrijf jouw antwoord op. 

Slide 7 - Slide

Antwoord op examenvraag

Slide 8 - Open question

Antwoord
• Ghirlandaio schildert vormen uit de klassieke oudheid zoals
bijvoorbeeld de zuilen/de triomfboog, wat past bij 'de heroriëntatie op
het erfgoed (de vormentaal) van de klassieke oudheid' 
• Ghirlandaio geeft zichzelf een belangrijke plaats in het schilderij /
beeldt de personen op het schilderij af als (herkenbare) individuen, wat
past bij het nieuwe mensbeeld van de Renaissance (waar de
kunstenaar niet langer anoniem is / waar individualiteit wordt
nagestreefd)

Slide 9 - Slide

Verbanden
Wat hebben verschillende verschijnselen/begrippen/personen met elkaar te maken? 

Slide 10 - Slide

Examenvraag
Tussen de nieuwe wetenschappelijke belangstelling en de Europese expansie in de zestiende eeuw bestond een verband.
Licht dit verband toe, door uit te leggen:
• waardoor de nieuwe wetenschappelijke belangstelling de Europese expansie bevorderde (2p)
• waardoor de Europese expansie de wetenschappelijke belangstelling bevorderde. (2p)

Slide 11 - Slide