is een bijzin die als nabepaling bij een zelfstandig naamwoord of een voornaamwoord staat. Een bijvoeglijke bijzin is nooit een zelfstandig zinsdeel, maar altijd een deel van een zinsdeel.
1 / 12
next
Slide 1: Slide
This lesson contains 12 slides, with text slides.
Items in this lesson
wat is een bijvoeglijke bijzin?
is een bijzin die als nabepaling bij een zelfstandig naamwoord of een voornaamwoord staat. Een bijvoeglijke bijzin is nooit een zelfstandig zinsdeel, maar altijd een deel van een zinsdeel.
Slide 1 - Slide
beperkende bijvoeglijke bijzin
Een beperkende bijzin specificeert (beperkt) de betekenis van het zelfstandig naamwoord, en kan daarom niet weggelaten worden.
Slide 2 - Slide
beperkend:
Sinaasappels die nog niet helemaal oranje zijn, kun je beter niet eten.
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
uitbreidende bijvoeglijke bijzin
Een uitbreidende bijzin geeft extra informatie over het zelfstandig naamwoord, en kan weggelaten worden.
Slide 5 - Slide
uitbreidend:
Sinaasappels, die veel vitamine C bevatten, kunnen een verkoudheid voorkomen.
Slide 6 - Slide
uitleg
In de eerste zin is er geen korte rust voor de bijzin die nog niet helemaal oranje zijn. Ook krijgt de bijzin bijzondere nadruk.
Zoals je ziet kun je deze bijzin niet weglaten: het gaat puur om sinaasappels die nog niet helemaal oranje zijn.
Slide 7 - Slide
uitleg
In de tweede zin hoor je een korte rust voor de bijzin die veel vitamine C bevatten. Ook krijgt deze bijzin een lagere toon dan de hoofdzin.
Deze bijzin geeft extra informatie en kun je daarom weglaten.
Slide 8 - Slide
let op!
Let op: vóór een beperkende bijzin zet je geen komma, vóór een uitbreidende bijzin wel.
Slide 9 - Slide
verschil
De volgende twee voorbeeldzinnen maken duidelijk hoe belangrijk een komma kan zijn:
Slide 10 - Slide
beperkend:
De jongens die te laat waren, moesten schoolblijven.
uitbreidend:
De jongens, die te laat waren, moesten schoolblijven.
Slide 11 - Slide
In de eerste zin zijn er ook nog jongens die niet te laat waren. In de tweede zin zijn alle jongens te laat.