WK 42 2HV uitleg PC met avoir

Bonjour!
On commence dans quelques minutes.

klas 2DEF volgens plattegrond svp


1 / 29
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Bonjour!
On commence dans quelques minutes.

klas 2DEF volgens plattegrond svp


Slide 1 - Slide

2E

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Qu'est-ce qu'on fait aujourd'hui?
les absents- parler
uitleg
grammaire II: le passé composé
zelfstandig werken: opdrachten PC
evt: bingo nombres 1-20

Slide 5 - Slide

les absents....
Tu as un frère/une soeur? Oui, j'ai un frère etc.
Tu habites où? J'habite à Steenwijk, Meppel etc.
C'est quel jour? C'est lundi, mardi, mercredi etc.
Tu as quel âge? J'ai ...... ans
C'est quand, ton anniversaire? C'est le .......  
Quel temps fait-il? Il pleut, il fait beau etc.

Slide 6 - Slide

lesdoel: ik kan de voltooide tijd met avoir maken

  • Werkwoorden op -er, in de passé composé zetten
  • Het werkwoord avoir als hulpww gebruiken in de p.c.

Slide 7 - Slide

présent: tegenwoordige tijd
je travaille - ik werk
passé composé - voltooide tijd
j'ai travaillé - ik heb gewerkt
let op: in de passé composé gebruik je altijd een hulpwerkwoord!

Slide 8 - Slide

uitlegfimpje learnbeat
aantekeningen maken
evt aanmaken document: aantekeningen Frans

Slide 9 - Slide

onregelmatige vormen!

Slide 10 - Slide

schrijf/typ voor jezelf 
alle vormen van rouler in de PC
j'ai roulé - ik heb gereden
tu......................- jij hebt gereden
il/elle/on .....................- hij/zij/men heeft gereden
nous..................... - wij hebben gereden
vous..................... - u heeft / jullie hebben gereden
ils/elles .....................  - zij hebben gereden

Slide 11 - Slide

controlevragen:) PC

Slide 12 - Slide

Passé composé
Présent
J'ai mangé
il parle
Ils ont acheté
je téléphone
vous avez dansé
nous écoutons
vous regardez
Tamara a marché
nous avons trouvé
on cherche
Elisa rencontre
tu as raconté

Slide 13 - Drag question

Hoe maak je de passé composé ook al weer?

Slide 14 - Mind map

wat is het voltooid deelwoord van parler?
A
parle
B
parlons
C
parlé
D
parlez

Slide 15 - Quiz

wat is het voltooid deelwoord van loger?
A
loge
B
logé
C
logez
D
loges

Slide 16 - Quiz

Le passé composé


De passé composé is de voltooid tegenwoordige tijd:
ik heb gekeken          j'ai regardé
jij hebt gekeken        tu as regardé
Ik ben gevallen          Je suis tombé     
Hij is gegaan              il est allé
Mais.. Comment ça se fait, le passé composé?

Slide 17 - Slide

A.1 Le passé composé met avoir
Hulpwerkwoord                 +          voltooid deelwoord: 
                                                                              stap 1: stam = heel ww - er

                
                                                                                 stap 2: stam +  é



avoir
j'ai 
tu as 
il / elle / on a
nous avons
vous avez
ils / elles ont
march
marché
Il a marché

Slide 18 - Slide

Hoeveel werkwoorden heb je ALTIJD nodig bij het maken van een passé composé?
A
een
B
twee
C
drie
D
passé composé? huh?

Slide 19 - Quiz

Je dansé.
A
Goed
B
Fout

Slide 20 - Quiz

Waarom is: Je dansé fout?
Wat ontbreekt er?

Slide 21 - Open question

Elle_________ (danser) avec sa soeur.
A
dansé
B
a dansé
C
avez danser
D
ai dansé

Slide 22 - Quiz

Hij heeft gepraat
A
Il a parlé
B
Ils ont parlé
C
Elle a parlé
D
Nous avons parlé

Slide 23 - Quiz

J'ai parlé.
A
Goed
B
Fout

Slide 24 - Quiz

Tu (écouter) in de passé composé:
A
as écouté
B
a écouté
C
ont écouté
D
e écouté

Slide 25 - Quiz

Hij heeft gemaakt
A
Il a fairé
B
Ils ont fait
C
Il a fait
D
Ils ont fairé

Slide 26 - Quiz

Zet in de pc:
nous pleurons

Slide 27 - Open question

Zet de zin in de pc
Ils habitent à Staphorst.

Slide 28 - Open question

Maak de oefeningen die klaarstaan in Learnbeat

Klaar? Schrijf het huiswerk in je agenda en start met het leren van appr 6 / parler

Slide 29 - Slide