Bron H (+ herhaling D)

leerdoel
Je weet weer hoe je een regelmatig werkwoord in de tegenwoordige tijd vervoegt (bron D).
Je weet wat een ontkenning is.
Je weet hoe je een Franse ontkenning maakt.
Je kunt een zin ontkennend maken.

1 / 24
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo k, havoLeerjaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

leerdoel
Je weet weer hoe je een regelmatig werkwoord in de tegenwoordige tijd vervoegt (bron D).
Je weet wat een ontkenning is.
Je weet hoe je een Franse ontkenning maakt.
Je kunt een zin ontkennend maken.

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Bonjour tout le monde!
  • Jassen uit
  • Mobieltje in je zakkie op tafel
  • Boek + chromebook op tafel
  • Log in in LESSONUP
  • Als de timer is afgelopen, stop je met praten en  begint de les.
timer
3:00

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

R
stam = werkwoord zonder er
donner => donn
chanter => chant
jouer => jou

Slide 5 - Slide

R
uitgangen
je = stam + e         nous = stam + ons
tu = stam + es            vous =  stam + ez
il = stam + e             ils = stam +ent

Slide 6 - Slide

De regelmatige werkwoorden worden allemaal op dezelfde manier vervoegd
A
oui
B
non

Slide 7 - Quiz

Als ik de -er van het werkwoord chanter afhaal, hoe heet dan wat ik overhoudt?

Slide 8 - Open question

Vervoeg het werkwoord chanter in de présent

Slide 9 - Open question

Le présent is de
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
C
toekomende tijd
D
gebiedende wijs

Slide 10 - Quiz

De ontkenning

Slide 11 - Slide

De ontkenning
ik eet vlees / ik eet geen vlees
wij wonen in een villa / wij wonen niet in een villa
hij houdt van groente / hij houdt niet van groente

Slide 12 - Slide

niet / geen
ne.....pas

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

de ontkenning omhelst de...
persoonsvorm
Tu chantes très bien.
Tu ne chantes pas très bien.

Slide 15 - Slide

niet / geen
ne.....pas

Slide 16 - Slide

Maak de zin ontkennend:
elle joue au football.

Slide 17 - Open question

ex. 31a-b-c + 32a-b 
p. 88-89

Slide 18 - Slide

Hoe vertaal ik niet en geen in het Frans?

Slide 19 - Open question

Waarom moet je eerst de persoonsvorm zoeken als je een zin ontkennend wilt maken?

Slide 20 - Open question

Ik weet hoe ik een regelmatig werkwoord op - er moet vervoegen (in de présent)
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Poll

Ik weet hoe ik een zin ontkennend moet maken.
😒🙁😐🙂😃

Slide 22 - Poll

Devoirs pour le 23 novembre
SO bron A,B,C,D + bron D chapitre 1
23 november
Gebruik SLIM STAMPEN!

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide