Communicatie 5 - Kritiek en waardering (BBL)

1 / 30
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide


Een objectief gegeven is
A
Jeuk
B
temperatuur 38 ℃
C
Pijn
D
Vermoeidheid

Slide 5 - Quiz

De ontvanger reageert op de boodschap van de zender.
De rode vraagteken staat dan voor ....
A
feedback
B
Referentiekader
C
Ruis
D
Terugkoppeling

Slide 6 - Quiz


Heb je goed geslapen?
Is een .....
A
Open vraag
B
Gesloten vraag
C
Suggestieve vraag
D
Reflecterende vraag

Slide 7 - Quiz

Je bent toch een dierenliefhebber?
Is een...
A
Open vraag
B
Gesloten vraag
C
Suggestieve vraag
D
Reflecterende vraag

Slide 8 - Quiz

LSD staat voor
A
Luisteren-samenvatten-doorvragen
B
Lief zijn- samenwerken-denkn
C
Luisteren-samen-denken
D
Luisteren-samenwerken-doorvragen

Slide 9 - Quiz

Je middelvinger opsteken is....
A
Verbale communicatie
B
Non verbale communicatie

Slide 10 - Quiz

Op de hoogte zijn van het nieuws door het lezen van de krant is ...
A
Eenzijdige communicatie
B
Meerzijdige communicatie

Slide 11 - Quiz

  • Het gaat om het teruggeven/terugkoppelen van waarneembaar gedrag van een ander.

Feedback is: 
  • Subjectief; je geeft dit vanuit jouw referentiekader
  • Onmisbaar als je met andere samenwerkt

Slide 12 - Slide

(Goede) Feedback kan verschillende functies hebben:
  • De inhoud van de boodschap verduidelijken
  • De relatie verbeteren
  • Resultaten, taken en gedrag bijstellen.
  • Motiveren en ondersteunen.
  • Zelfkennis vergroten


  • Echter, als deze feedback niet op de juiste manier wordt gegeven wordt het al snel opgevat als kritiek...

Slide 13 - Slide

Belangrijk bij het geven van feedback:
  • Praat vanuit jezelf,  ik- boodschap.
  • Ga na of  de persooon ervoor open staat.
  • Timing is belangrijk, rustig praten
  • Gebruik LSD
  • Besef de kwetsbaarheid van de ander.
  • Begin met iets positiefs
  • Wees eerlijk en niet emotioneel.
  • Richt je op veranderbaar gedrag
  • Ga na of de ander jou begrepen heeft.

Slide 14 - Slide

Feedback is altijd....
A
Objectief
B
Subjectief

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Slide

  • Constructieve feedback:  Opbouwende feedback.
  • Sandwich/ hamburger
  • Top - tip -top

Slide 17 - Slide

timer
6:00

Slide 18 - Slide

  • Gedrag: feitelijk specifiek gedrag van de ander
  • Gevoel: gevoelsreflectie wat de ander zijn gedrag bij jou teweeg brengt
  • Gevolg: het effect van iemand zijn gedrag op de omgeving
  • Gewenst: benoem het gedrag dat je graag zou zien

  • Stap 1 t/m 4

Slide 19 - Slide

De 4 G's model staat voor;
Gedrag-Gevoel- ? -Gewenst
A
Geduld
B
Gelijk
C
Gemeen
D
Gevolg

Slide 20 - Quiz

timer
10:00

Slide 21 - Slide

timer
10:00

Slide 22 - Slide

timer
5:00

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

  • Jezelf een spiegel voor houden.
  • Feedback van en voor jezelf
  • Bewust bekwaam handelen:
  • Weten wat je doet
  • Hoe je het doet 
  • Waarom je het doet
  • De gevolgen van je handelen


Slide 27 - Slide

Slide 28 - Video

0

Slide 29 - Video

Slide 30 - Slide