Lezen theorie klas 2

• Nederlands

https:

Hoe kan een schrijver zijn tekst inleiden?

- een of meer vragen stellen;

- een kort of bijzonder verhaaltje vertellen;

- het onderwerp aankondigen;

- de aanleiding voor het schrijven van een tekst noemen.

En hoe kan hij/zij de tekst afsluiten?

- met een conclusie;

- met een samenvatting;

- met een advies.

Onderwerp van een tekst vinden

- kijk naar de titel

- kijk naar de illustraties (alle afbeeldingen)

- lees tussenkopjes

- lees de eerste alinea

- geef antwoord: wat is het onderwerp van deze tekst (in max. 4 woorden!).

Kernzin (H. 2)

bevat de belangrijkste informatie van een alinea (zie ook theorie in het lesboek blz. 86).

De kernzin

De kernzin bevat de belangrijkste informatie van de alinea. Meestal staat de kernzin aan het begin of het einde van de alinea. De rest v.d. alinea vormt een toelichting bij de kernzin.

Soms staat er geen kernzin in de alinea, maar is de hele alinea belangrijk.

Deelonderwerpen

- staan in het middenstuk (het deel na de inleiding en voor het slot)

- in het middenstuk worden aspecten/onderdelen van het onderwerp besproken. Dit heet een deelonderwerp

Hoe vind je de hoofdgedachte?

• schrijf het onderwerp van de tekst op;
• stel de vraag: Wat vertelt de schrijver in deze tekst over het onderwerp?
• Zoek naar aanwijzingen in de tekst;
• Vat de hoofdzaken over het onderwerp samen;
• Formuleer de hoofdgedachte in één complete zin.

subjectief en objectief

subjectieve tekst: de mening van de schrijver komt naar voren. Betogende of aansporende teksten.

objectieve tekst; de mening van de schrijven komt niet naar voren. Informerende en uiteenzettende teksten.

Zins- en alineaverbanden

theorie op blz. 143 en 238

• Opsomming                                         * uitspraak-vergelijking    
• Tegenstelling                                       * uitspraak-reden
• voorbeeld 
• voorbeeld-uitspraak                         *middel-doel
• oorzaak-gevolg

LEES DE VOLLEDIGE THEORIE OP BLZ. 143 en 238!

Alineaverbanden (blz. 188)

Ook alinea's kunnen door gebruik van een signaalwoord met elkaar verbonden zijn. Er zijn vier manier waarop dat kan.

1. door het gebruik van een signaalwoord;
2. door herhaling;
3. door aankondigende zinnen;
4. door overgangszinnen met een verwijzing. Lees de theorie hierover verder op blz. 188!