Actieve oefening: Casusoplossing met de "Geef me de 5"-methodiek
Doel van de oefening:
Studenten leren hoe ze de Geef me de 5-methodiek kunnen toepassen in een praktijksituatie om structuur en duidelijkheid te bieden aan iemand met autisme.
Uitwerking oefening
Stap 1: Introductie van de methodiek
Leg kort uit wat de Geef me de 5-methodiek inhoudt. De methodiek draait om het beantwoorden van vijf basisvragen:
Wie: Met wie heeft de persoon te maken?
Wat: Wat wordt er van hem/haar verwacht?
Waar: Waar moet het plaatsvinden?
Wanneer: Wanneer gebeurt het, en hoe lang duurt het?
Hoe: Hoe moet het gedaan worden?
Gebruik een concreet voorbeeld om dit te illustreren:
"Tim, morgen ga je werken in het magazijn (wie: jouw begeleider is daar). Je sorteert dozen op plank A (wat). Dit doe je op de werkvloer (waar). Van 9.00 tot 12.00 uur (wanneer). Zet dozen van dezelfde grootte bij elkaar (hoe)."
Stap 2: Oefenen met een casus
Scenario:
Tim moet een onverwachte taak uitvoeren: het bijvullen van schappen in plaats van het sorteren van dozen. Hij raakt gefrustreerd omdat hij niet weet wat hij moet doen.
Opdracht aan de studenten:
Werk in groepjes van 3-4 personen. Beantwoord de vijf vragen van de Geef me de 5-methodiek en bedenk hoe je deze aan Tim zou uitleggen. Noteer je antwoorden op een flip-over of groot papier.
Voorbeeldvragen:
Wie begeleidt Tim bij deze taak?
Wat zijn de concrete stappen die Tim moet uitvoeren?
Waar gebeurt het (bijvoorbeeld: welke schappen)?
Wanneer moet hij beginnen, en hoe lang duurt de taak?
Hoe kan hij het beste beginnen?
Tip voor de studenten: Gebruik visuele hulpmiddelen, zoals pictogrammen, een geschreven taakbeschrijving of een tijdsplanner.
Stap 3: Presentatie en feedback
Laat elk groepje hun oplossing presenteren aan de klas. Bespreek met de groep:
Zijn alle vijf vragen beantwoord?
Is de uitleg concreet en duidelijk genoeg voor iemand met autisme?
Welke hulpmiddelen of aanpassingen kunnen de begeleiding nog effectiever maken?
Geef extra tips, zoals:
Herhaal informatie indien nodig.
Gebruik eenvoudige taal en vermijd vakjargon.
Controleer of de persoon de uitleg begrepen heeft door een controlevraag te stellen.
Optionele uitbreiding: Rollenspel
Eén student speelt Tim, één student is de begeleider, en de rest observeert.
De begeleider moet de "Geef me de 5"-methodiek toepassen in een gesimuleerd gesprek.
Observatoren geven feedback op de duidelijkheid en toepasbaarheid van de uitleg.
Benodigdheden:
Flip-overs of groot papier
Stiften of markers
(Optioneel) Visuele hulpmiddelen zoals pictogrammen, een whiteboard of planning-apps
Met deze oefening leren studenten om theorie toe te passen in een praktische situatie.