This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Wat versta je eigenlijk onder orde houden?
Slide 2 - Open question
Welk aspect van klassenmanagement vind je op dit moment het moeilijkst?
Slide 3 - Open question
https:
Slide 4 - Link
Kleine misstappen direct corrigeren.
Wat valt je op?
Wat herken je?
Zou je zelf zo willen werken?
Slide 5 - Slide
Wat wil je NIET in je lessen?
Slide 6 - Open question
Ingrijpen
Het is de kunst om in te grijpen voor je in het rode gebied komt... Wie is er wel eens in het rode gebied 'geweest'? Wat deed je toen? Zou je het weer zo doen?
relationele fase
emotionele fase
vechtfase
Slide 7 - Slide
Wat wil je wél?
Slide 8 - Open question
https:
Slide 9 - Link
Wat spreekt je in deze video het meeste aan?
Slide 10 - Open question
Ordetips:
*Grijp vroeg in met kleine correcties die niet op de persoon gericht zijn, maar op zijn gedrag.
*Weet waar je grenzen liggen: wat wil je zelf wel en niet in de klas.
*Vraag je af of leerlingen nog kunnen leren, niet of jij er last van hebt.
*Je verstoort de relatie niet door orde te handhaven.
*Reageer proportioneel : vriendelijk, maar duidelijk en consequent
*Gebruik een escalatieladder die bij jou past
*Neem leerlingen niet serieuzer dan dat ze zijn (humor helpt!)
*Gewenst gedrag benoemen is krachtiger dan ongewenst gedrag benoemen.
*Denk na over een geschikte klassenopstelling.
* Denk van tevoren na over de wisselmomenten.
* Focus op een positief en veilig leerklimaat.
Slide 11 - Slide
Extra tip
'You'll never get a second chance to make a first impression.'
Je kunt altijd nog een vriendelijke docent worden, na een half jaar een 'strengere' docent worden is veel moeilijker.
Slide 12 - Slide
Aan welk punt van orde wil je de komende tijd vooral gaan werken?
Slide 13 - Open question
Wat vinden jullie van deze escalatieladder? Zou je iets willen veranderen/weglaten/toevoegen?
Slide 14 - Slide
Opdracht
Maak een lijst met onwenselijk gedrag en benoem de correctie die jullie daarbij vinden passen.
Orden deze van mild naar ernstig. Maak daarbij gebruik van de
escalatieladder. In tweetallen, daarna samen bespreken.