Ontdek de Tempelvormen in de Griekse en Romeinse Oudheid

Ontdek de Tempelvormen in de Griekse en Romeinse Oudheid

Leerdoel

Aan het einde van de les kunnen jullie verschillende tempelvormen in de Griekse en Romeinse Oudheid herkennen en begrijpen.

De leerdoelen aan het begin van de les delen helpt de leerlingen te begrijpen wat er van ze verwacht wordt.

Wat weet je al over de tempelvormen in de Griekse en Romeinse Oudheid?

Wat is een tempel?

Een tempel is een religieus gebouw dat werd gebruikt voor het eren van goden en godinnen.

Leg kort uit wat een tempel is en waarvoor het werd gebruikt.

Griekse tempelvormen

Griekse tempels hadden kenmerkende architecturale elementen zoals zuilen en frontons.

Beschrijf de kenmerken van Griekse tempels en toon voorbeelden met afbeeldingen.

Dorische tempel

De Dorische tempel had eenvoudige, gladde zuilen en een driehoekig fronton.

Laat een afbeelding zien van een Dorische tempel en bespreek de specifieke kenmerken.

Ionische tempel

De Ionische tempel had sierlijke, gekrulde zuilen en een gebogen fronton.

Toon een afbeelding van een Ionische tempel en benoem de unieke kenmerken.

Korinthische tempel

De Korinthische tempel had versierde zuilen met acanthusbladeren en een ingewikkeld versierd fronton.

Laat een afbeelding zien van een Korinthische tempel en leg de specifieke kenmerken uit.

Romeinse tempelvormen

Romeinse tempels waren vaak een combinatie van Griekse en Etruskische invloeden.

Beschrijf kort de kenmerken van Romeinse tempels en toon voorbeelden met afbeeldingen.

Tempelplattegronden

Tempels hadden vaak een rechthoekige plattegrond met een cella, pronaos en opisthodomos.

Toon een afbeelding van een tempelplattegrond en leg de verschillende delen uit.

Samenvatting

Nu hebben jullie geleerd over verschillende tempelvormen in de Griekse en Romeinse Oudheid en hoe je tempelplattegronden kunt bekijken.

Vat de les kort samen en benadruk de belangrijkste punten die de leerlingen hebben geleerd.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.