Probleemoplossend gesprek

Probleemoplossend gesprek
Een probleemoplossend avontuur
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Probleemoplossend gesprek
Een probleemoplossend avontuur

Slide 1 - Slide

Leerdoel
Je oefent probleemoplossende gesprekken en kritisch denken

Slide 2 - Slide

Voorkennis activeren

Slide 3 - Slide

Wat is het belangrijkste doel van een vergadering?

A
Je eigen mening doordrukken
B
Een gezamenlijk besluit nemen
C
De ander overtuigen dat jij gelijk hebt
D
Zoveel mogelijk praten

Slide 4 - Quiz

Welke regel hoort bij een goede vergadering?


A
Iedereen praat door elkaar heen
B
Alleen de slimste persoon mag spreken
C
Iedereen krijgt de kans om zijn mening te geven
D
Wie het hardst roept, krijgt gelijk

Slide 5 - Quiz

Wat betekent ‘een mening vormen’?


A
Kijken welke mening de meerderheid heeft en die overnemen
B
Je gedachten ordenen en bepalen wat jij ergens van vindt
C
Een mening kiezen en daar nooit meer van afwijken
D
De mening van je beste vriend(in) overnemen

Slide 6 - Quiz

Wat helpt je om een goede mening te vormen?

A
Alleen afgaan op je eerste gevoel
B
Feiten en argumenten verzamelen
C
Alles geloven wat anderen zeggen
D
Alleen kijken naar wat voor jou het beste uitkomt

Slide 7 - Quiz

Wat is een compromis?

A
Een oplossing waarbij iedereen precies krijgt wat hij wil
B
Een oplossing waarbij niemand echt zijn zin krijgt, maar iedereen een beetje toegeeft
C
Een beslissing die wordt genomen door de leider van de groep
D
Een discussie zonder uitkomst

Slide 8 - Quiz

Waarom is een compromis soms nodig?
A
Omdat mensen niet altijd precies hetzelfde willen
B
Omdat de luidste stem altijd wint
C
Omdat discussies anders verboden zouden worden
D
Omdat het leuk is om iets te verliezen

Slide 9 - Quiz

Situatie
  • "Jullie zijn de Raad der Wijzen in een middeleeuws koninkrijk. De koning is ziek en heeft jullie opdracht gegeven om een moeilijke beslissing te nemen: hoe moet het koninkrijk omgaan met een groot voedseltekort? Jullie hebben drie opties..."

Slide 10 - Slide

De opties
  • Belasting verhogen (maar burgers worden boos)
  • Een deal sluiten met een naburig rijk (maar dat rijk wil iets terug)
  • De koninklijke voorraad delen (maar dan heeft het paleis minder voedsel)

Slide 11 - Slide

De rollen
  1. 🕊️ De Diplomaat
  2. ♟️ De Strategische Denker
  3. ⚖️ De Onderhandelaar
  4. 🔍 De Kritische Denker
  5. 📜 De Historicus


Slide 12 - Slide

1.🕊️ De Diplomaat
  • Probeert conflicten te voorkomen en bruggen te bouwen tussen verschillende meningen;
  • Stelt vragen als: "Hoe kunnen we een middenweg vinden?;
  • Zorgt voor een respectvolle sfeer en helpt bij compromissen.

Slide 13 - Slide

2.♟️ De Strategische Denker
  • Bekijkt het probleem vanuit een groter perspectief en denkt na over lange-termijngevolgen;
  • Analyseert de sterke en zwakke punten van elke oplossing;
  • Stelt vragen als: "Welke optie heeft de meeste voordelen op lange termijn?

Slide 14 - Slide

3. ⚖️ De Onderhandelaar
  • Zorgt ervoor dat iedereen gehoord wordt en zoekt naar een eerlijke deal;
  • Luistert naar alle partijen en stelt: "Wat als we jouw idee combineren met dat van iemand anders?;
  • Probeert win-win situaties te creëren.

Slide 15 - Slide

4. 🔍 De Kritische Denker
  • Vraagt door en bekijkt elk argument vanuit meerdere perspectieven;
  • Speelt de ‘advocaat van de duivel’ en zegt: "Wat als dit plan misgaat?;
  • Zorgt ervoor dat beslissingen goed doordacht worden.

Slide 16 - Slide

5. 📜 De Historicus
  • Kijkt naar eerdere ervaringen en lessen uit het verleden;
  • Denkt na over wat in vergelijkbare situaties werkte en vraagt: "Wat kunnen we leren van het verleden?;
  • Waarschuwt voor fouten die eerder zijn gemaakt.

Slide 17 - Slide


Luister goed naar elkaar 👂
Laat de spreker uitpraten en onderbreek niet.
Toon interesse in wat de ander zegt.
Laat elkaar uitspreken 🗣️

Wacht op je beurt om te praten.
Reageer pas als de ander is uitgesproken.
Reageer op wat de ander heeft gezegd 🔄

Sluit aan bij het gesprek en negeer argumenten niet.
Zeg bijvoorbeeld: "Ik begrijp je punt, maar ik zie het anders omdat..."
Neem elkaar serieus als gelijkwaardige gesprekspartner 🤝

Iedereen heeft een waardevolle mening, ook als je het niet met elkaar eens bent.
Respecteer verschillende standpunten.
Gebruik heldere en goed onderbouwde argumenten 💡






Gespreksregels

Slide 18 - Slide

Probeer niet koste wat het kost gelijk te krijgen.
Sta open voor nieuwe inzichten en wees bereid je mening aan te passen.

Blijf rustig en respectvol ✨
Vermijd schelden, schreeuwen of denigrerende opmerkingen.
Gebruik een vriendelijke en neutrale toon.

Werk samen aan een oplossing 🤝
Het doel is niet winnen, maar samen tot de beste oplossing komen.
Zoek naar overeenkomsten en compromissen.

Gebruik de ik-boodschap bij kritiek 💬
Zeg "Ik denk dat..." in plaats van "Jij hebt ongelijk!"
Bijvoorbeeld: "Ik vind dit een lastige oplossing, omdat..." in plaats van "Dit slaat nergens op."

Als het niet lukt om eruit te komen, overweeg een stemming ✅


Gespreksregels

Slide 19 - Slide

  • Discussiëren en punten verdienen;
  • De teams bespreken de opties en volgen de regels van een probleemoplossend gesprek;



  • Elke groep presenteert kort hun gekozen oplossing en hoe ze tot een besluit kwamen;
  • De klas stemt op de meest overtuigende oplossing;
  • Reflectievragen: Wat ging goed? Wat was lastig? Hoe voelt het om een compromis te sluiten?
Probleemoplossend gesprek 
timer
20:00
timer
10:00

Slide 20 - Slide