1. Wat doet de overheid?

 De rol van de overheid
1 / 37
next
Slide 1: Slide
Maatschappelijke vormingSecundair onderwijs

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

 De rol van de overheid

Slide 1 - Slide

Wie is de overheid?

Slide 2 - Mind map

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

0

Slide 5 - Video

Slide 6 - Slide

Wat doet de overheid?

Slide 7 - Mind map

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Wat haalt de overheid zijn inkomsten vandaan?

Slide 10 - Open question

Slide 11 - Video

INKOMSTEN
De overheid heeft verschillende soorten inkomsten:
- Sociale zekerheid
Dit wordt betaald door de werkgever (via loonbrief) en aangevuld door de werknemer
- Personenbelasting
Elk jaar moeten alle werkende mensen hun belastingbrief invullen. Hier wordt gekeken of je genoeg of teveel belastingen hebt betaald het afgelopen jaar
- BTW
Op alles wat je koopt in de winkel moet je BTW betalen, maar ook op je loon betaal je belastingen
- Vennootschaps-, gemeente- en vermogensbelastingen
Voorbeeld: successierechten op erfenissen
- Accijnzen (sigaretten, benzine, alcohol,...)


Slide 12 - Slide

We betalen de producten die we kopen. Een deel van dat geld stort de handelaar door aan de overheid. Meestal gaat het om 21% van het bedrag.
A
milieubelasting
B
belasting op werk
C
btw
D
accijnzen

Slide 13 - Quiz

Wat zijn subsidies?
A
Vernieuwingen van producten.
B
Financiële bijdragen van overheid.
C
Financiëlen bijdrage van bedrijven.
D
Extra belastingen op producten.

Slide 14 - Quiz

Wat wil de overheid bereiken met subsidies?
A
Dat consumenten meer gebruik gaan maken van bepaalde producten.
B
Minder innovatie.
C
Dat consumenten minder gebruik gaan maken van bepaalde producten.
D
Dat de overheid een extra inkomstenbron heeft.

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Slide

Hoeveel kost een pakje sigaretten?
( pakje van 20 sigaretten)
A
€ 5,00
B
€ 6,00
C
€ 7,00
D
€ 8,00

Slide 17 - Quiz

In Nederland ...
€ 8,00

Slide 18 - Slide

In Luxemburg
€ 5,30

Slide 19 - Slide

in Amerika
€ 6,54

Slide 20 - Slide

In Australië
€ 22,21

Slide 21 - Slide

Verklaar die prijsverschillen!

Slide 22 - Open question

Dit is de prijs van een pakje:
€ 1,60

Slide 23 - Slide

de overheid verdient eraan door
belastingen

Slide 24 - Slide

accijnzen betaal je op sigaretten, frisdrank, sterke drank en b...
A
bananen
B
brandstof
C
bonen
D
broodroosters

Slide 25 - Quiz

accijnzen betaal je dus ...
vooral voor ongezonde goederen

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Waarop heft de overheid accijns?
A
Benzine, chocola, kleding.
B
Sigaretten, vlees, kleding.
C
Alcohol, sigaretten, benzine.
D
Alcohol, medicijnen, benzine.

Slide 28 - Quiz

Wat wil de overheid bereiken met accijnzen?
A
Dat consumenten meer gebruik gaan maken van bepaalde producten.
B
Dat het milieu verbetert.
C
Dat consumenten minder gebruik gaan maken van bepaalde producten.
D
Dat de overheid een extra inkomstenbron heeft.

Slide 29 - Quiz

Accijns & subsidie
Accijns:
Extra belasting op tabakswaren, olie en alcohol.
Doel: Minderen van de consumptie.

Subsidie:
Extra tegemoetkoming op sommige producten en diensten.
Doel: Laten toenemen van de consumptie.

Slide 30 - Slide

De vader van Jeroen werkt in het weekend als ober. Als hij de rekeningen van sterke drank ziet, schrikt hij toch. Alcohol is vrij duur: een gedeelte van de verkoopprijs gaat naar de overheid
A
milieubelasting
B
belasting op werk
C
btw
D
accijnzen

Slide 31 - Quiz

Elke Vlaams gezin betaalt via een bijdrage op de waterfactuur van hun watermaatschappij mee om het afvalwater te zuiveren.
A
milieubelasting
B
belasting op werk
C
btw
D
accijnzen

Slide 32 - Quiz

De ouders van Sarah hebben een eigen restaurant en enkele werknemers in dienst. Een deel van het loon stort de papa van Sarah als werkgever door aan de overheid als voorschot op de belastingen.
A
belasting op werk
B
btw
C
accijnzen
D
sociale zekerheid

Slide 33 - Quiz

Overheidssubsidies in de tarwemarkt zorgen voor een verschuiving van de curve naar
A
links
B
rechts

Slide 34 - Quiz

Accijnzen op tabak beïnvloeden
A
de aanbodcurve
B
de vraagcurve
C
zowel vraag als aanbod

Slide 35 - Quiz

De evenwichtsprijs vind de overheid te hoog en stelt de prijs vast van €800.
Is dit een minimum of een maximumprijs?
A
Minimumprijs
B
Maximumprijs

Slide 36 - Quiz

Slide 37 - Slide