Ondervoeding psychiatrische ouderenzorg

Ondervoeding psychiatrische ouderenzorg
1 / 36
next
Slide 1: Slide
VerzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Ondervoeding psychiatrische ouderenzorg

Slide 1 - Slide

Wat versta je onder ondervoeding ?

Slide 2 - Open question

Ondervoeding =
Ondervoeding: (LESA) ' 
Voedingstoestand waarbij een disbalans van energie, eiwit en andere voedingsstoffen leidt tot meetbare nadelige effecten op lichaams-samenstellingen in functioneren'
'Dit komt m.n door een klinisch relevante afname van spiermassa'  

Definitie van ondervoeding voor de geriatrische patiënt:
- ondervoeding heeft het karakter van een geriatrisch syndroom en is daarmee een
multifactoriële aandoening; ondervoeding bij de geriatrische patiënt kenmerkt zich door
tenminste functieverlies en ongewenst gewichtsverlies en/of een acute of chronische
disbalans tussen inname en verbruik

Slide 3 - Slide

Ondervoeding = multifactorieel
Maatschappelijk: armoede, vereenzaming of problematisch alcoholgebruik, 

Vaak samen met lichamelijk:
  • ouderdom: ( fysiologische veranderingen leidend tot verlies eetlust en spiermassa)

  • ziekte: (COPD, chronisch hart- of nierfalen, kanker)  --> Verhogen rustmetabolisme --> cachexie (pathologische vorm van ondervoeding waarbij ook de eetlust afneemt)
  •  Bijkomende beperkingen agv ziekte: benauwdheid, depressie, dementie, kunnen de voedselinname nog verder doen afnemen.
  • Psychiatrische aandoeningen

Slide 4 - Slide

Begrippen
  • Kwalitatieve ondervoeding 

  • Kwantitatieve ondervoeding

Slide 5 - Slide

Risicogroepen

- Kwetsbare ouderen thuis/verzorgingshuis
- Patiënten die meerdere ziekten hebben (volgende slide)
- Patiënten die medicamenten gebruiken met een nadelige invloed op voedsel inname/behoefte of spijsvertering (anti-depressiva, anti-psychotica, anti-diabetica)
- Patiënten met lichamelijk beperkingen
- Patiënten met niet-passende gebitsprothese, kauw- of slikproblemen
- Patiënten die recent ontslagen zijn uit het ziekenhuis
- Patiënten met psychosociale problemen
- Patiënten met alcohol- of drugsmisbruik

Slide 6 - Slide

Welke signalen kun je observeren bij ondervoeding ?

Slide 7 - Open question

Psychische oorzaken ondervoeding

Slide 8 - Mind map

Sociale oorzaken ondervoeding

Slide 9 - Mind map

Slide 10 - Slide

Hoeveel procent van de mensen opgenomen in ziekenhuizen is ondervoed?
A
2 - 5 %
B
15 - 30%
C
5 - 15 %
D
25 - 40%

Slide 11 - Quiz

Hoeveel procent van de bewoners van verpleeg en verzorgingshuizen is ondervoed?
A
ongeveer 10%
B
ongeveer 25 %
C
ongeveer 40 %

Slide 12 - Quiz

Begrippen




NB



NB: Bij onbedoeld gewichtsverlies, kunnen mensen met een normaal gewicht of overgewicht TOCH ondervoed zijn

Slide 13 - Slide

Signalering
Chronische ziekten: COPD, CVA, Decubitus, dementie, depressie, hartfalen, inflammatoire darmziekten, maligniteiten en RA

VRAAG altijd naar onbedoeld gewichtsverlies 
LET OP signalen van ondervoeding (ingevallen gelaat, afgenomen spiermassa- of kracht, apatische reactie, ontbreken van belangstelling voor de omgeving)

Hulpmiddel bij vaststellen van (risico op) ondervoeding in eerste lijn: SNAQ65+ (Short Nutritional Assesment Questionnaire)
NB: Voor ouderen in verpleeg- en verzorgingstehuizen SNAQRC

Slide 14 - Slide

Diagnostiek
Huisarts
- Anamnese --> (onbedoeld gewichtsverlies, medicatie, beperkingen voedselinname, bijkomende klachten (braken/diarree))

- LO --> gewicht, lengte, BMI, percentage gewichtsverlies 
NB: Wees bedacht op oedeem, maskeert gewichtsverlies

- AO --> laboratorium onderzoek is van beperkte toegevoegde waard!!! Diagnose obv tabel

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Video

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Stroomschema voor klinische en poliklinische geriatrische patiënten met (risico op) ondervoeding. 

Slide 26 - Slide

Behandeling/begeleiding
Huisarts:
- patienten met ONDERVOEDING --> altijd verwijzing naar dietist (ook als nadere diagnostiek naar oorzaken nodig is)

- patienten met RISICO op ONDERVOEDING --> algemene adviezen voor gezonde eiwit- en energieverrijkte voeding, dieetvoeding (vaak alsnog dietist gewenst)

Slide 27 - Slide

NB: Bij ernstig gewichtsverlies en weinigvoedselinname in de afgelopen week wordt bij start van behandeling PAS OP REFEEDING syndroom (hypofosfatemie, hypokaliemie, hypomagnesiumie, hypocalciemie en thiaminedeficientie)
Verwijzing naar tweede lijn nodig!

Slide 28 - Slide

Voorbeeld behandelplan ondervoede patiënten

Slide 29 - Slide

Actie plan van de diëtiste

Slide 30 - Slide

Voorlichting
- patienten weten vaak de consequenties niet van ondervoeding
- bewustwording van noodzaak van adequate voeding + beweging
- Voorlichting belangrijke pijler

Slide 31 - Slide

Hoeveel maanden kan het duren voordat een gezond persoon overlijdt door ondervoeding?
A
1 maand
B
2-3 maanden
C
4-6 maanden
D
1,5 maand

Slide 32 - Quiz

Hoe denk jij over deze stellingen?
  1.  Het toedienen van sondevoeding is een medische handeling en kan onder bepaalde omstandigheden door de zorgvrager of zijn gemachtigde geweigerd worden. 
  2. Het toedienen van sondevoeding wordt zelden toegepast als dwangmaatregel, omdat het traumatisch kan zijn voor de psychiatrische zorgvrager. 
  3. Gedwongen sondevoeding is onethisch bij psychiatrische zorgvragers. 
  4. Een psychiatrische zorgvrager is zelf gemachtigd om dwangvoeding te beëindigen.

Slide 33 - Slide

Aankomen door bijwerking medicijnen
  • Een medicijn kan ervoor zorgen dat het lichaam vocht vasthoudt.
  • Een medicijn kan zorgen voor een sterkere eetlust. Dit komt doordat zo’n medicijn invloed heeft op het gevoel van honger en verzadiging dat wordt geregeld vanuit de hersenen.
  • Met name het medicijn lithium kan dorst veroorzaken. Als iemand dan veel calorierijke (fris)dranken drinkt, kan dit voor gewichtstoename zorgen. Water of thee zijn dan betere keuzes.
  • Een medicijn kan ervoor zorgen dat de schildklier of de stofwisseling langzamer gaan werken. Beide hebben als gevolg dat het lichaam meer tijd krijgt om voedingsstoffen op te nemen en vast te houden, met als gevolg dat het gewicht toeneemt.











Slide 34 - Slide

Medicijnen die gewichtstoename kunnen veroorzaken (1)
  • Antidepressiva Medicijnen tegen depressie (antidepressiva) kunnen ervoor zorgen dat de eetlust toeneemt.  Er zijn ook antidepressiva waardoor de eetlust juist afneemt. 
  • Medicijnen tegen een psychose Bepaalde medicijnen tegen een psychose (antipsychotica) kunnen zorgen voor gewichtstoename, doordat ze de stofwisseling vertragen en de eetlust doen toenemen. Het gaat om de medicijnen olanzapine, quetiapine, risperidon en clozapine. 
  • Lithium (een medicijn tegen manisch-depressieve of bipolaire stoornis) kan dorst als bijwerking hebben. Als de gebruiker daardoor veel calorierijke dranken gaat drinken, kan dit gewichtstoename tot gevolg hebben. Daarnaast kunnen gebruikers van lithium aankomen door een vertraagde stofwisseling en door vocht vasthouden. 
  • Medicijnen tegen diabetes (suikerziekte) Medicijnen tegen diabetes kunnen gewichtstoename veroorzaken doordat ze de stofwisseling vertragen. Een uitzondering is metmorfine: dit diabetesmedicijn versnelt de stofwisseling, waardoor het juist voor gewichtsafname kan zorgen.

Slide 35 - Slide

Medicijnen die gewichtstoename kunnen veroorzaken (2)
  • Corticosteroïden Corticosteroïden (medicijnen tegen ontstekingen) kunnen voor een gewichtstoename zorgen door vertraagde stofwisseling, sterkere eetlust en vocht vasthouden. Een voorbeeld van een corticosteroïd is prednison, dat bijvoorbeeld wordt voorgeschreven bij astma, MS, jicht en kanker. 
  • Cannabis Cannabis (medicinale marihuana) kan zorgen voor meer eetlust en daardoor voor gewichtstoename. Soms is dit effect gewenst, bijvoorbeeld bij patiënten met kanker of aids. 
  • Anticonceptiepil De ‘pil’ heeft soms als bijwerking dat de gebruikster vocht vasthoudt. 
  • Medicijnen tegen epilepsie Medicijnen tegen epilepsie (anti-epileptica) kunnen zorgen voor gewichtstoename, maar ook voor gewichtsafname. Het is niet geheel duidelijk waarom. Valproïnezuur, vigabatrine en gabapentine kunnen zorgen voor gewichtstoename. Topiramaat zorgt eerder voor gewichtsafname. Het anti-epilecticum carbamazepine kan zorgen voor gewichtstoename door toename van vetweefsel en vasthouden van vocht. 
  • Bètablokkers Bètablokkers kunnen de pompkracht van het hart verminderen. Hierdoor kan vocht ophopen, wat gewichtstoename tot gevolg heeft. Ook kan de stofwisseling vertragen.

Slide 36 - Slide