Straling les 2

Straling Les 2
Wat gebeurt er in een atoomkern als een atoom radioactief verval heeft?
Wat is ioniserende straling?
Hoe kun je straling meten?
Wat is de activiteit van een radioactief voorwerp?
Wat is de halfwaardetijd van een radioactief isotoop?
1 / 25
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Straling Les 2
Wat gebeurt er in een atoomkern als een atoom radioactief verval heeft?
Wat is ioniserende straling?
Hoe kun je straling meten?
Wat is de activiteit van een radioactief voorwerp?
Wat is de halfwaardetijd van een radioactief isotoop?

Slide 1 - Slide

Kan je straling zien?
A
Ja
B
Nee

Slide 2 - Quiz

Is er altijd en overal straling?
A
Ja
B
Nee

Slide 3 - Quiz

Welke soorten straling
ken je al? Denk aan de soorten straling van de zon of in een ziekenhuis of…

Slide 4 - Mind map

soorten EM-straling
Meest schadelijk
Minst schadelijk
Ioniserende straling

Slide 5 - Slide

Waaruit bestaat een atoom?
A
protonen en neutronen in de kern, elektronen er omheen
B
neutronen en elektronen in de kern, protonen er omheen
C
elektronen in de kern en protonen er omheen
D
dat is afhankelijk van het soort atoom

Slide 6 - Quiz

Isotopen
Wat is een isotoop?

Slide 7 - Slide

Isotopen
Atomen met hetzelfde aantal protonen maar met een verschillend aantal neutronen heten isotopen.


Slide 8 - Slide

C-14 is een isotoop van C-12. Dit betekent dat de aantallen van bepaalde deeltjes verschillen, welke deeltjes zijn dit?
A
Protonen
B
Elektronen
C
Neutronen
D
Quarks

Slide 9 - Quiz

De massa van een atoom is het aantal deeltjes in de kern. Hoeveel neutronen heeft C-14 als deze 6 protonen heeft?
A
6
B
8
C
14
D
Geen van deze antwoorden is juist

Slide 10 - Quiz

radio-actieve isotopen
Een isotoop is stof waarvan de hoeveelheid neutronen in de kern kan verschillen. Men spreekt van een radio-actieve isotoop wanneer de kern van deze isotoop instabiel is. Wanneer een kern instabiel is, dan kan deze veranderen (uit elkaar vallen in ongelijke delen). Wanneer een kern uit elkaar valt zendt deze straling uit. Het uit elkaar vallen van atoomkernen noemt men 
radio-actief verval.
Straling wordt ioniserend genoemd als deze in staat is moleculen kapot te maken.

Slide 11 - Slide

Stabiele en Instabiele kernen
  • Instabiele isotopen

  • Radioactief verval

Slide 12 - Slide

Activiteit - Becquerel(Bq)
Elke keer dat een deeltje per seconde vervalt wordt er 1 Bq gemeten.

Slide 13 - Slide

Straling meten doe je met een....?
A
Bequerelmeter
B
Geigerteller
C
Spectrometer
D
Geen van deze antwoorden is juist

Slide 14 - Quiz

Van een bron cobalt wordt de activiteit gemeten, deze blijkt 30 148 Bq te zijn. Ter gelijker tijd wordt van een bron
Jodium-131 ook de activiteit gemeten, deze blijkt 546 te zijn. Welke stof zend een grotere hoeveelheid straling uit?
A
De bron Cobalt
B
De bron jodium-131

Slide 15 - Quiz

Van een bron techneticum wordt de activiteit gemeten, deze blijkt 4912 Bq te zijn. Hoeveel atoomkernen van Techneticum vervallen er per seconde?

Slide 16 - Open question

Halveringstijd

Hoe lang duurt het totdat je de helft minder straling hebt (& de helft minder instabiele kernen).


Dus een halveringstijd van een dag

houdt in voor 300 Bq:

0 dagen - 300 Bq - 100%

1 dag - 150 Bq - 50% 

2 dagen - 75 Bq - 25%

3 dagen - ?????- ????

Slide 17 - Slide

Hoe groot is de halfwaardetijd voor ijzer-59? (Geef je antwoord in dagen). Noteer alleen het getal.

Slide 18 - Open question

Po-209 van 60 gram heeft een halveringstijd van 200 jaar. Hoe lang duurt het om nog 6,25% van de radioactieve stof over te houden?
A
200 jaar
B
400 jaar
C
600 jaar
D
800 jaar

Slide 19 - Quiz

De halfwaardetijd van bismut is 5 dagen. Hoeveel procent van het bismut is er nog over na 30 dagen?
A
12,5%
B
6,25%
C
3,125%
D
1,5625%

Slide 20 - Quiz

De halfwaardetijd van uranium is 704 miljoen jaar. Leg uit of de activiteit na 100 jaar veel of weinig is veranderd.

Slide 21 - Open question

Aantekening 
Straling ontstaat doordat de atoomkern van een radioactieve stof uit zichzelf veranderd, zo'n atoomkern noem je instabiel  (dit is geen EM-straling!!)
Activiteit (A)=het aantal kernen dat per seconde veranderd
Eenheid van activiteit = Becquerel (Bq)
De Activiteit van radioactieve stoffen wordt steeds minder omdat het aantal instabiele atoomkernen steeds kleiner wordt. De tijd die het duurt voordat de straling voor de helft is afgenomen noem je halveringstijd. Iedere radioactieve stof heeft zijn eigen halveringstijd.

Slide 22 - Slide

Oefenopdrachten:
 1. Po-209 van 60 gram heeft een halveringstijd van 200 jaar. Hoe lang duurt het om nog 6,25% van de radioactieve stof over te houden?
2. Hoeveel gram heb je nog over na 1600 jaar?

Slide 23 - Slide

Van een radio-actieve isotoop is de halfwaardetijd 12 jaar. De activiteit op tijdstip T=0 jaar is 47812 Bq. Wat is de activiteit na 48 jaar? Rond af op hele getallen!

Slide 24 - Open question

Hw:
 mavo §2 1 t/m 9: HAVO §5 44 t/m 52:  VWO §4 41 t/m 52

Slide 25 - Slide