M2, 5.8 spelling, Engelse werkwoorden

5.8 spelling 
Engelse werkwoorden en apostrof
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

5.8 spelling 
Engelse werkwoorden en apostrof

Slide 1 - Slide

Doel van de les
- Je leert het werkwoordschema te gebruiken.
- Je leert Engelse werkwoorden spellen
- Je leert wanneer je een apostrof (') schrijft: pagina's, lp's, Roos'

Slide 2 - Slide

Verleden tijd 'deleten'
Jamie en ik ... de data gister.
A
deleten
B
deleteten

Slide 3 - Quiz

Tegenwoordige tijd 'skaten'
Hij ... graag door het park
A
skatet
B
skate

Slide 4 - Quiz

Dat is Roos' broek
Roos'
A
Goed
B
Fout

Slide 5 - Quiz

Dit is Idas boek (het boek is van Ida)
A
Goed
B
Fout

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Crossen - Hij crosste door het bos.
A
Goed
B
Fout

Slide 10 - Quiz

Faxen - De brief werd gefaxt.
A
Goed
B
Fout

Slide 11 - Quiz

Timen VT - Hij ... zijn loopactie niet goed.
A
timede
B
timde

Slide 12 - Quiz

Maak:
Paragraaf 5.7 opdracht 1 en 2 + 4 t/m 12
Paragraaf 5.8 opdracht 1 t/m 13

Je begint nu met opdracht 1 van paragraaf 5.8, daar heb je 10 minuten de tijd voor. Ben je klaar? Dan ga je verder waar je gebleven was. 

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide