Een blinde vlek noemen wij iets van jezelf waar jij je niet bewust van bent.
1 / 24
next
Slide 1: Slide
CommunicatieMBOStudiejaar 4
This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Feedback geven en ontvangen
Feedback kan jou bewust maken van je blinde vlek.
Een blinde vlek noemen wij iets van jezelf waar jij je niet bewust van bent.
Slide 1 - Slide
Aan welke woorden denk jij bij FEEDBACK?
Slide 2 - Mind map
Feedback: wat is het?
Feedback is een reactie op gedrag of op het werk.
Feedback kan een top zijn: het gedrag of het werk is goed. Je krijgt of geeft een compliment.
Feedback kan ook een tip zijn: het gedrag of het werk kan verbeterd worden.
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Video
Feedback is
het terugkoppelen van informatie van de ene persoon naar de andere, waarbij duidelijk gemaakt wordt hoe de boodschap (of het gedrag) van de een op de ander overkomt.
Slide 5 - Slide
Ik vind feedback geven moeilijk.
A
ja
B
nee
C
een beetje
Slide 6 - Quiz
Ik vind feedback ontvangen moeilijk.
A
ja
B
nee
C
een beetje
Slide 7 - Quiz
Feedback = kritiek geven
A
nee
B
ja
Slide 8 - Quiz
Slide 9 - Video
Slide 10 - Video
Slide 11 - Slide
invullen voor jezelf
Open: noem 2 eigenschappen van jezelf die bekend zijn voor jou en anderen (alleen)
Blind: vraag aan je klasgenoot welke 2 eigenschappen bij jou passen.
Verborgen: welke eigenschap ken jij van jezelf maar denk je dat anderen niet kennen?
Onbekend:?????
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Video
Johari venster
Slide 15 - Slide
Verdieping1: assertiviteit
Wanneer kun je beter 'nee' zeggen?
1. Wanneer het binnen 24 uur moet worden geregeld
2. Als jij je er niet prettig bij voelt
3. Als jet allemaal teveel wordt voor je
4. Als het van 1 kant komt
5. Als jij je plannen er door moet wijzigen
Slide 16 - Slide
Hoe kun je nee zeggen?
HALT: Stel jezelf eerst vragen voor je antwoordt. Bv. wat er precies van je gevraagd wordt, waarom deze persoon dat wil, hoeveelheid, met wie, datum, tijd, plaats,… (Minstens 3 vragen stellen)
OVERWEEG: Beantwoord volgende vragen:
1. Zou het voorstel je in de problemen kunnen brengen?
2. Ga ik achteraf spijt hebben?
3. Is het niet ongezond, gevaarlijk of oneerlijk?
Slide 17 - Slide
Hoe kun je nee zeggen?
NEE: Schrijf op of je ja of nee gaat kiezen.
DAAROM: Als je nee hebt gekozen, leg dan uit waarom.
TIP: je kan het waarom van de vragen uit ‘OVERWEEG’ als antwoord nemen? Geef minstens 2 redenen
Slide 18 - Slide
Oefening 'nee' zeggen:
1. Beschrijf in enkele zinnen een situatie die zich de komende week gaat voordoen op je werk, waarin jij ‘nee’ wilt zeggen.
2. Ga in een groepje van 4 zitten
3. Kies 1 situatie
4. Jullie voeren het gesprek in 2-tallen, de andere 2 schrijven op wat ze opvalt
5. Wissel steeds van rol zodat iedereen aan bod is gekomen als "nee zegger"
Slide 19 - Slide
Opdracht 2: fb op stage
1. Welke feedback heb jij tijdens de afgelopen evaluatie ontvangen?
2. Waar valt het onder in het Johari-venster?
3. Wat heb je met deze feedback gedaan na het gesprek?
4. Met wie heb je dit daarna besproken?
5. Tijdens welke momenten heb je dit besproken?
6. Hoe heb je dit besproken?
Slide 20 - Slide
Feedback geven
Janneke werkt in een verpleeghuis. Ze is een verlegen vrouw en zegt niet zo snel wat ze van iets vindt. Dat brengt haar soms in de problemen, want ze doet weleens dingen die ze eigenlijk niet kan. Janneke heeft last van haar rug en kan geen zwaar werk doen. Toch durft ze geen ‘nee’ te zeggen tegen haar leidinggevende en blijft ze daarom nog steeds zorgvragers tillen. Janneke vindt het moeilijk om haar leidinggevende aan te spreken.
Oefen het gesprek met elkaar
Geef elkaar Tips en Tops
Slide 21 - Slide
Ik zie / Ik merk ..... (Gedrag)
Ik voel ..... (Gevoel)
Ik vind / Ik denk.... (Gevolg)
--> voorstel oplossing
--> let op lichaamstaal
Ik merk dat je mij de afgelopen maand nog maar 1 complimentje hebt gegeven
Ik voel me daardoor erg onzeker en dat zorgt dat ik pieker en twijfel aan onze relatie
Ik zou het zelf erg leuk vinden als je in de toekomst eens zegt dat ik iets goed doe of dat ik er goed uitzie.
Slide 22 - Slide
Opdracht 3. feedback geven
Reageer op de volgende situaties:
a Een medestudent geeft aanvallend commentaar op het feit dat je binnen één week twee keer vijf minuten te laat in de werkgroep bent verschenen. Wat zeg je?
b Mevrouw Jansen en meneer De Bruin liggen op dezelfde kamer in een revalidatiecentrum. Meneer De Bruin zet zijn televisie keihard aan. Mevrouw Jansen lijkt dit niet op prijs te stellen, maar zegt niets. Wat doe je?
Slide 23 - Slide
Opdracht 3 feedback geven
Reageer op de volgende situatie:
c Je staat in het restaurant van het ziekenhuis in de rij voor het eten. Het schiet niet op. Je bent al laat. Je weet dat de zorgvragers op je liggen te wachten. Ineens staat een man in een witte jas naast je. Hij vraagt aan je of hij even voor mag omdat hij haast heeft. Jij zegt dat je ook haast hebt en weigert hem voor te laten gaan. Dan zegt hij op luide toon: 'Nou, de zusters hebben tegenwoordig ook geen respect meer voor een arts.' Wat zeg je?