What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Herhalen alles tot nu toe Persoonsvorm, Stam, Tegenwoordige tijd, Verleden tijd (2)
1 / 21
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
This lesson contains
21 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
15 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Lesdoelen
Je herhaalt werkwoordspelling: persoonsvorm, stam, tegenwoordige tijd en verleden tijd.
Je maakt de oefeningen over deze onderwerpen af in de licentie Nu Nedelands.
Slide 2 - Slide
Herhalen
- de beste manier van leren
Leren leren
Slide 3 - Slide
Wat is de persoonsvorm in de zin:
Marianne weet wat de persoonsvorm is.
A
Marianne
B
weet
C
persoonsvorm
D
Is
Slide 4 - Quiz
De kinderen vinden de persoonsvorm in deze zin.
De persoonsvorm is:
A
kinderen
B
vinden
C
persoonsvorm
D
deze
Slide 5 - Quiz
Wat is het onderwerp van een zin? Het onderwerp van een zin...
A
... vertelt wat er in de zin gebeurt.
B
... vertelt wanneer iets in een zin gebeurt.
C
... vertelt wie/wat iets doet in de zin.
D
... vertelt waar de zin over gaat.
Slide 6 - Quiz
Wat is het onderwerp?
Marina legt het onderwerp uit.
A
Marina
B
legt
C
het onderwerp
D
uit
Slide 7 - Quiz
Wat is het onderwerp?
Caro legt het onderwerp uit.
A
Caro
B
legt
C
het onderwerp
D
uit
Slide 8 - Quiz
Kies de juiste stam.
Waarom .... je nu juist deze foto's? (vergroten)
A
vergrot
B
vergroot
Slide 9 - Quiz
Kies de juiste stam.
Als ik die plank ....., sla jij er dan een spijker in? (vasthouden)
A
vasthou
B
vasthoud
Slide 10 - Quiz
Kies de juiste stam.
Ik bezit niets; ik ben zo arm als Job. (bezitten)
A
bezit
B
bezitt
Slide 11 - Quiz
Naar de ........ walvis komen veel mensen kijken. (stranden, tegenwoordige tijd)
A
gestrande
B
gestrandde
Slide 12 - Quiz
Waardoor ..... jij tegenwoordig zo vaak een kaarsje?
(branden, tegenwoordige tijd)
A
brand
B
brandt
C
brande
D
brandde
Slide 13 - Quiz
Het meisje ....... een euro van de straat op. (oprapen)
Slide 14 - Open question
Slide 15 - Slide
Wij ....... gisteren het antwoord. (raden)
Slide 16 - Open question
In dat oude huis ..... het overal. (tochten)
A
tochte
B
tochtte
Slide 17 - Quiz
Onze nieuwe buren ....... ons met een bezoek. (verrassen)
A
verraste
B
verasten
C
verrastten
Slide 18 - Quiz
De journaallezer ..... mee, dat het ijs nog niet betrouwbaar was. (delen)
A
deelte
B
deelde
C
deelten
D
deelden
Slide 19 - Quiz
Wij ..... niet langer op hem. (wachten)
A
wachte
B
wachtte
C
wachten
D
wachtten
Slide 20 - Quiz
Aan de slag!
Slide 21 - Slide
More lessons like this
Spelling persoonsvorm in de tt
June 2019
- Lesson with
36 slides
Steunles spelling
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
Lesweek 13 Taalverzorging: 1.3 werkwoordspelling in de tegenwoordige tijd
November 2023
- Lesson with
23 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Werkwoorden vervoegen
March 2024
- Lesson with
38 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Herhaling persoonsvorm en onderwerp
February 2022
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Lager onderwijs
4 Taal deel 1
March 2024
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Lager onderwijs
herhaling stam, infinitief, onderwerp en persoonsvorm
January 2024
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Lager onderwijs
Herhaling examen Pasen 2024
March 2024
- Lesson with
40 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Slimmer Schrijven: Pas de persoonsvorm aan!
April 2023
- Lesson with
15 slides