D-toets grammatica: opdr. E
blw: bepaald lidwoord - de, het
olw: onbepaald lidwoord - een
zn: zelfstandig naamwoord (enkelvoud/meervoud, verkleinwoord, je kunt er een lidwoord voor zetten). Infinitieven kunnen ook een zn zijn: je kunt er 'het' voor zetten.
eig: eigennamen - namen van mensen, steden, landen.