This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Thema 3 Stofwisseling
B5
Dissimilatie
Slide 1 - Slide
Thema 3:
Stofwisseling in cellen
Basisstof 5:
Dissimilatie
Slide 2 - Slide
Leerdoelen
Je kunt de aerobe dissimilatie van glucose beschrijven.
Je kunt de anaerobe dissimilatie van glucose beschrijven.
Je kunt de dissimilatie van eiwitten en vetten beschrijven.
Slide 3 - Slide
Assimilatie en dissimilatie
Assimileren = opbouwen, van klein naar groot. Kost energie.
Dissimilatie = afbreken, van groot naar klein. Komt energie bij vrij.
Slide 4 - Slide
Aerobe dissimilatie van glucose
Aeroob = mbv zuurstof (O2)
Aerobe dissimilatie = verbranding
Vindt plaats in de mitochondriën
Ontstaat maximaal 38 ATP (netto)
Opbrengst is 30 tot 32 ATP (bruto)
Slide 5 - Slide
<- 1. glycolyse
<- 2. decarboxylering
<- 3. citroenzuurcyclus
<- 4. oxidatieve fosforylering
Slide 6 - Slide
Glycolyse
Glucose molecuul word in twee delen pyrodruivenzuur gesplitst
Vindt plaats in cytoplasma
Verloopt anaeroob
Pyrodruivenzuur naar mitochondriën
Slide 7 - Slide
Glycolyse
Slide 8 - Slide
<- 1. glycolyse
<- 2. decarboxylering
<- 3. citroenzuurcyclus
<- 4. oxidatieve fosforylering
Slide 9 - Slide
Acetyl-CoA vorming (decarboxylering)
Pyrodruivenzuur bindt aan co-enzym A en vormt zo acetyl-CoA
acetyl-CoA is het molecuul dat de citroenzuurcyclus in kan.
Ook wel koppelingsreactie genoemd.
Let op import in mitochondrium!
Slide 10 - Slide
<- 1. glycolyse
<- 2. decarboxylering
<- 3. citroenzuurcyclus
<- 4. oxidatieve fosforylering
Slide 11 - Slide
Per glucose molecuul 2x de citroenzuurcyclus
Stap 3: Citroenzuurcyclus
Slide 12 - Slide
Verdieping: Wat gebeurt er precies tijdens de citroenzuurcyclus en waarom wordt dit proces uitgevoerd? Wat zijn de begin- en eindstoffen?
De citroenzuurcyclus begint
met acetyl CoA en het eindigt
met oxaalazijnzuur.
Dit proces vind plaats, omdat
NADH en de FADH2 die
ontstaan nodig zijn voor
de oxidatieve fosforylering,
waardoor er energie ontstaat.
De ATP die ontstaat bij de
citroenzuurcyclus, wordt gebruikt als
energiebron. Binas 68C
Slide 13 - Slide
<- 1. glycolyse
<- 2. decarboxylering
<- 3. citroenzuurcyclus
<- 4. oxidatieve fosforylering
Slide 14 - Slide
Oxidatieve fosforylering
Elektronentransportketen die energie FADH,H+ en NADH,H+ gebruikt om H+ ionen actief over membraan te transporteren
Concentratieverschil gebruikt om ATP te produceren: ATP-synthase
H2O wordt geproduceerd, zuurstof nodig: elektronacceptor
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Hoeveel ATP wordt er gevormd bij de aerobe dissimilatie?
- Glycolyse --> 2 ATP
- Citroenzuurcycles --> 2 ATP
- Oxidatieve forforylering --> 34 ATP
Hoe komen ze aan 34 ATP?
In totaal 38 ATP
Slide 17 - Slide
Maar....
Door energieverbruik voor transport en warmteproductie bij energieomzettingen, valt de ATP-opbrengst van de aerobe dissimilatie meestal lager uit.
de 2 NADH moleculen van de glycolyse in de cytoplasma, moet het mitochondriën in dat kost per NADH molecuul 2 ATP moleculen.
(schatting circa 30-32 ATP vorming per molecuul glucose)
Slide 18 - Slide
Anaerobe dissimilatie van glucose
Wordt ook wel gisting genoemd. Bij gisting vindt alleen de glycolyse plaats. Netto opbrengst = 2 ATP.
Gebeurt in het cytoplasma
Deze kan op twee manieren:
Melkzuurgisting
Alcoholgisting
Ook gebruikt door bacteriën en schimmels
Slide 19 - Slide
Melkzuur- en alcoholgisting
Alcoholgisting
Na glycolyse wordt pyrodruivenzuur omgezet in ethanol
Gebruikt bij bereiding van bier, wijn en brood
Melkzuurgisting
Na glycolyse wordt pyrodruivenzuur omgezet in melkzuur
Gebruikt bij bereiding van kaas, yoghurt en zuurkool
Alcoholgisting
Melkzuurgisting
Slide 20 - Slide
Verzuring van de spieren
Ontstaan van melkzuur verlaagt de pH in de spier. Als er zuurstoftekort in de spier optreedt kan de omzetting van melkzuur niet meer plaatsvinden. Dit veroorzaakt spierpijn.
Slide 21 - Slide
Spierverzuring
Verzuring = ophoop van (melk)zuur in de spieren
Er is meer energie nodig dan de aerobe dissimilatie kan leveren
Zuurstoftekort in de spieren zorgt dat de oxidatieve fosforylering stagneert en melkzuur ophoopt
Het tekort aan ATP kan zorgen dat de spier zich na samentrekking niet meer kan ontspannen = kramp
Slide 22 - Slide
Aerobe dissimilatie van koolhydraten, eiwitten en vetten
Koolhydraten
Grotere koolhydraten worden omgezet in monosachariden (vooral glucose)
Eiwitten
Gesplitst in aminozuren
Aminogroep omzetten in ammoniak (NH3)
Overgebleven koolstofketen kan in citroenzuurcyclus verder gedissimileerd
Vetten
Splitsen in glycerol en vetzuren
Glycerol kan worden omgezet in pyrodruivenzuur of glucose (en glycogeen)
Vetzuren worden delen van afgesplitst (C2). Deze worden omgezet in acetyl-COA --> gaat de citroenzuurcyclus in
Slide 23 - Slide
Hoe vaak wordt de citroenzuurcyclus gebruikt voor de afbraak van 1 molecuul glucose?
A
1/2 x
B
1x
C
2x
D
4x
Slide 24 - Quiz
Bij oxidatieve fosforylatie worden de energierijke moleculen NADH en FADH2 omgezet. Bij welke processen zijn deze ontstaan?