Les 14 Spanning VWO

Een stroomkring is .......
A
Dat er stroom kan lopen van - naar +
B
Dat er stroom kan lopen van x naar y
C
Dat er stroom kan lopen van y naar x
D
Dat er stroom kan lopen van + naar -
1 / 27
next
Slide 1: Quiz
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Een stroomkring is .......
A
Dat er stroom kan lopen van - naar +
B
Dat er stroom kan lopen van x naar y
C
Dat er stroom kan lopen van y naar x
D
Dat er stroom kan lopen van + naar -

Slide 1 - Quiz

Noem de drie dingen die je voor een stroomkring minimaal nodig hebt

Slide 2 - Open question

Stroom kan wel lopen door een...
A
geleider
B
isolator
C
schakelaar

Slide 3 - Quiz


Welke stof is een geleider?
A
Lucht
B
Rubber
C
Aluminium
D
Kunststof

Slide 4 - Quiz

Wat is GEEN goede geleider?
A
hout
B
Zout water
C
ijzer
D
Koper

Slide 5 - Quiz

Wat beweegt er bij stroom?
A
Atomen
B
Moleculen
C
Ladingen
D
Ik heb geen idee..

Slide 6 - Quiz

De eenheid van stroomsterkte is:
A
Volt
B
Ohm
C
Ampère
D
Ampére

Slide 7 - Quiz

Het symbool voor stroomsterkte is:
A
V
B
U
C
I
D
A

Slide 8 - Quiz

0,2 A = ... ?
A
2 mA
B
20 mA
C
200 mA
D
2000 mA

Slide 9 - Quiz

8mA = ... A
A
80
B
8000
C
0,08
D
0,008

Slide 10 - Quiz



5,75 A = ...
A
57,5 mA
B
5750 mA
C
0,575 mA
D
0,00575 mA

Slide 11 - Quiz

Bespreken huiswerk
Lees paragraaf 4.1, inclusief de extra stof en maak:
opdracht 1 t/m 16

Slide 12 - Slide

Spanning
Iedere batterij of accu heeft zijn eigen spanning.

Spanning word gemeten in Volt (V)

Slide 13 - Slide

Spannings-bronnen
Wat doet een spannings-bron?
Welke spannings-bronnen ken je?

Slide 14 - Slide

Wat is spanning?

Slide 15 - Slide

Spanning
Grootheid: Spanning
Symbool grootheid:
Eenheid: V (Volt)

Slide 16 - Slide

Spanning meten
Voltmeter (spanningsmeter)

Slide 17 - Slide

Voltmeter
schaalverdeling
meetbereik

Slide 18 - Slide

Batterij in serie
Als je batterijen in serie schakelt, mag je hun spanningen bij elkaar optellen.

Slide 19 - Slide

Batterijen in serie schakelen

Slide 20 - Slide

Wat is de eenheid van spanning?
A
Ampère
B
Ohm
C
Volt
D
Watt

Slide 21 - Quiz

Wat is de spanning van dit stopcontact
A
9 volt
B
110 volt
C
230 volt
D
250 volt

Slide 22 - Quiz

Spanning is een grootheid.
Wat is het symbool voor spanning?
A
U
B
V
C
W
D
A

Slide 23 - Quiz

8000 Volt = ..... kV
A
8000000 kV
B
8 kVolt
C
0,008 kVolt
D
80 kVolt

Slide 24 - Quiz

Je hebt 3 batterijen, elk van 1,5 V Welke spanning leveren de batterijen samen, als je de pluspool van de ene batterij tegen de minpool van de andere batterij legt
A
0V
B
1,5V
C
3V
D
4,5V

Slide 25 - Quiz

Een batterij van 5V wordt in serie geschakeld met een batterij van 3V. Dit levert een spanning van:
A
2V
B
6V
C
10V
D
8V

Slide 26 - Quiz

Huiswerk
Lees paragraaf 4.2, inclusief de extra stof en maak:
opdracht 1 t/m 14

Slide 27 - Slide