vocab les + writing + G-reading

• Engels
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Welcome Back!

What are your going to do this weekend?

Goals for today

At the end of this lesson..

• I have revised some of the words of chapter 3
• I have practiced my reading skills
• I can understand a text about a young baker 

Homework

           Learn the words from                  F-Listening 

How well do you know the words already? 

Go do the formative assignment

Goals for today

At the end of this lesson..

• I have revised some of the words of chapter 3
• I have practiced my reading skills
• I can understand a text about a young baker 

Baking

Tekst Opbouw 

Opbouw van een tekst

Wat hoort er bij A, B, C? 

                                                                         A

                                                                         B

                                                                          C

Opbouw van alinea's

Hoe zijn alinea's opgebouwd?

• 1 belangrijke zin per alinea
• De kernzin is de ............ zin van de alinea.
• De laatste zin kan een conclusie zijn.
• De andere zinnen leggen

de conclusie uit of geven meer informatie.

Dit is hetzelfde bij een hele tekst!

Lees strategieën 

Wat zouden deze woorden kunnen betekenen?

Skimmen                           .....................................        

Voorspellen                      .....................................

Scannen                             ....................................

Gedetailleerd lezen      .....................................

Hoe zou dit te maken kunnen hebben met teksten lezen?

Waarom leesstrategie?

Waarom zou je tijdens het maken van een tekst gebruik maken van een leesstrategie?

• Meer overzicht tijdens het maken van een tekst.
• Het zorgt ervoor dat je gestructureerder aan het werk gaat, hierdoor maak je minder makkelijk foutjes/ sla je belangrijke dingen over.

Skimmen

= Je kijkt naar de titel, afbeeldingen, tussenkopjes. Hierdoor krijg je al een idee waar de tekst over gaat. Dit gebruik je bij elke tekst.

Dit is namelijk van belang voor de volgende stap

Voorspellen

= Je gaat voorspellen waar de tekst over gaat.

Dit is van belang om je voorkennis op te halen. Je hersenen gaan namelijk vervolgens op zoek naar kennis die je al hebt en dit kun je gebruiken bij het maken van de tekst.

Vraag jezelf de volgende vragen: wat weet ik al over dit onderwerp? Welke Engelse woorden horen hier bij?

Scannen

= Je gaat op zoek naar specifieke informatie in de tekst. Hierdoor hoef je niet de hele tekst te lezen maar ga je 'scannend' op zoek naar je antwoord.

Bijv. de vraag gaat over de voetbalstand tussen psv en Ajax, je gaat vervolgens scannend op zoek naar deze twee clubs in de tekst. Het antwoord staat dan in de buurt van die zin.

Gedetailleerd lezen

Er staat in de vraag dat het antwoord in alinea 4 staat. Vervolgens ga je de hele alinea lezen op zoek naar het antwoord. houd hierbij ook rekening met de kernzinnen van een alinea en dat daar belangrijke informatie in staat (1e of laatste zin).

Stappenplan

Stappenplan

1. Skim de tekst (Titel, afbeelding, tussenkopje);

2. Voorspellen (waar zou de tekst over kunnen gaan, stel jezelf de vraag: 'wat weet ik al over dit onderwerp?/ welke woorden?')

3. Lees de vraag (wat betekend de vraag / antwoorden --> woordenboek).

4. Scannen naar een woord/synoniem passend bij de vraag (namen, jaartallen, locaties, etc.).

5. Gedetailleerd lezen van het stukje tekst.

Let's get to work!

Let's Work

Do:

Exercise  45 and 47 on page 164 - 167

Done?

make sentences with 3 difficult words from G-reading words 

Checking answers

Let's Work

Do:

Exercise 48 on page 167. Do this in a word document and bring it to class Friday!

Done?

make sentences with 3 difficult words from G-reading words and study all the words

Homework

Finish the writing assignment on page 167