3.1 Organen en orgaanstelsels en 3.2 Cellen en weefsels

WELKOM 
Welkom bij 
Biologie 
Mevr. 
1C
Donderdag 2 november 2023
1 / 25
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

WELKOM 
Welkom bij 
Biologie 
Mevr. 
1C
Donderdag 2 november 2023

Slide 1 - Slide

Lesprogramma
  • Les
  • Opdrachten maken
  • Huiswerk volgende les noteren in agenda 
  • Afsluiten 
Wat gaan we deze les doen?

Slide 2 - Slide

Thema 3. Organen en cellen
3.1 Organen en orgaanstelsels

Slide 3 - Slide

Organen en orgaanstelsels
Organen = zijn delen van een organisme die één of meer taken uitvoeren

Slide 4 - Slide

Is de huid van de mens een orgaan, een orgaanstelsel of een weefsel?
A
een orgaan
B
een weefsel
C
een orgaanstelsel

Slide 5 - Quiz

Hebben planten ook organen en orgaanstelsels?
A
Ja
B
Nee

Slide 6 - Quiz

Zijn de hersenen een orgaan, een orgaanstelsel of een weefsel?
A
Een orgaan
B
Een orgaanstelsel
C
Een weefsel

Slide 7 - Quiz

Is dit skelet van een kikker
een cel, een orgaan,
een orgaanstelsel of
een organisme?
A
Cel
B
Orgaan
C
Orgaanstelsel
D
Organisme

Slide 8 - Quiz

Orgaanstelsels
Vaak werken organen samen aan een bepaalde taak. 
Een groep van samenwerkende organen noem je een orgaanstelsel.

Voorbeelden?

Slide 9 - Slide

Planten
Wortels nemen water en mineralen op uit de grond. Zorgen er ook voor dat de planten stevig in de bodem staat.
Stengels hebben vaatbundels. Zorgen ook voor stevigheid.
Bladeren hebben nerven. In de groene stengels en bladeren vindt fotosynthese plaats. 

Slide 10 - Slide

Als de plant geen voedingsstoffen meer kan opnemen, welk orgaanstelsel is dan beschadigd?
A
De stengel
B
Het vatenstelsel
C
Het verteringsstelsel
D
Het wortelstelsel

Slide 11 - Quiz

Organen van een plant
bloem
blad
wortel
stengel

Slide 12 - Drag question

Planten hebben ook organen. 
Sleep de organen naar de juiste functie.
5
R5
Transport van stoffen.
Voedsel maken (fotosynthese).
Water en voedingsstoffen uit de grond opnemen.
Stengels
Wortels
Bladeren

Slide 13 - Drag question

Planten
Mineralen zijn stoffen die nodig zijn om te kunnen leven. 
Vaatbundels zijn een soort buisjes. De vaatbundels vervoeren water met daarin opgeloste stoffen naar alle delen van de plant (transport in de plant).
Nerven zijn de vaatbundels in bladeren. Via nerven komt het water met de opgeloste stoffen overal in de bladeren.

Alle wortels van een plant samen vormen het wortelstelsel.

Slide 14 - Slide

Nu maken:
Opdrachten van 3.1
 (werkboek)


timer
15:00

Slide 15 - Slide

Organen en orgaanstelsels

Slide 16 - Mind map

Thema 3. Organen en cellen
3.2 Cellen en weefsels

Slide 17 - Slide

Leerdoelen 3.2
  • Je benoemt dat alle organismen bestaan uit één of meer cellen.

  • Je kunt de begrippen cel, weefsel en tussencelstof omschrijven. Je kunt voorbeelden geven van weefsels.

  • Je kunt uitleggen dat de vorm van cellen en tussencelstof samenhangt met de functie. Hiervan kun je voorbeelden geven.

Slide 18 - Slide

Cellen
Cellen = zijn kleinste levende bouwstenen van een organismen.

Alles wat leeft bestaat uit cellen.

Sommige organismen bestaan maar uit één cel. Andere organismen bestaan uit heel veel cellen.

Menselijk lichaam bestaat uit ongeveer 30 tot 37, 2 biljoen cellen!

Slide 19 - Slide

Vormen van cellen
Cellen kun je alleen goed bekijken met een microscoop. 

Alle soorten cellen zien er anders uit.
- Een rode bloedcel is rond, zodat hij makkelijk door een bloedvat heen kan
- Een botcel heeft uitsteeksels waardoor hij steviger is

Slide 20 - Slide

Weefsels
Een groep cellen met dezelfde vorm en functie 
= weefsel

Een orgaan bestaat uit verschillende weefsels. 

Slide 21 - Slide

Kraakbeenweefsel
Kraakbeenweefsel bestaat uit cellen die in tussencelstof (bestaat uit lijmstof) liggen. Hierdoor is kraakbeenweefsel is soepel, stevig en buigzaam.

Slide 22 - Slide

Botweefsel
De cellen van botweefsel zijn door uitlopers met elkaar verbonden. 

Tussen de cellen van botweefsel zit een tussencelstof die veel kalkstof en lijmstof bevat. Zo krijg je stevige botten die niet snel breken. 

Slide 23 - Slide

Orgaanstelsel -> Orgaan -> Weefsel

Slide 24 - Slide

Huiswerk 
Schrijf mee in je agenda!

Donderdag 2 november:
Bio maken alle opdrachten paragraaf 3.1

Slide 25 - Slide