What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Opfrissen grammatica
Wat is de eerste stap bij zinsontleding?
1 / 16
next
Slide 1:
Open question
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
This lesson contains
16 slides
, with
interactive quizzes
and
text slide
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Wat is de eerste stap bij zinsontleding?
Slide 1 - Open question
De leerlingen hebben veel toetsen moeten maken in de toetsweek.
Hoeveel zinsdelen heeft deze zin?
A
3
B
4
C
5
D
6
Slide 2 - Quiz
De leerlingen /
hebben
/ veel toetsen / moeten / maken / in de toetsweek.
Slide 3 - Slide
Benoem de zinsdelen:
De leerlingen / hebben / veel toetsen / moeten /maken / in de toetsweek.
Slide 4 - Open question
Een lijdend voorwerp begint nooit met een voorzetsel (zoals op, in, aan, met, voor e.d.).
A
waar
B
niet waar
Slide 5 - Quiz
Hebben | jullie buren | ook | een dure vakantie | geboekt | via die site?
Wat is het lijdend voorwerp?
A
jullie buren
B
via die site
C
een dure vakantie
D
hebben geboekt
Slide 6 - Quiz
Welke uitspraak klopt?
De man hangt zijn jas aan de kapstok.
A
zijn jas = lv en aan de kapstok = mv
B
aan de kapstok = lv
C
zijn jas = lv
D
aan de kapstok = mv
Slide 7 - Quiz
Het meisje / stuurde / haar oma / gisteren / een berichtje.
Benoem de zinsdelen 'haar oma' en 'een berichtje'
A
haar oma = lv een berichtje = ond
B
haar oma = mv een berichtje = ond
C
haar oma = mv een berichtje = lv
D
haar oma = ond het meisje = mv
Slide 8 - Quiz
Op veel plaatsen was het ijs niet dik genoeg.
Deze zin bevat een..
A
werkwoordelijk gezegde
B
naamwoordelijk gezegde
Slide 9 - Quiz
De leerlingen zijn moe van de online lessen.
Deze zin bevat een.....
A
werkwoordelijk gezegde
B
naamwoordelijk gezegde
Slide 10 - Quiz
Benoem het onderstreepte (zins)deel:
Op een klein eiland in de Atlantische Oceaan
woont een Zweedse familie.
A
onderwerp
B
lijdend voorwerp
C
bijwoordelijke bepaling
D
bijvoeglijke bepaling
Slide 11 - Quiz
Benoem het onderstreepte (zins)deel:
Op een
klein
eiland in de Atlantische Oceaan woont een Zweedse familie.
A
meewerkend voorwerp
B
lijdend voorwerp
C
bijwoordelijke bepaling
D
bijvoeglijke bepaling
Slide 12 - Quiz
Ben / je / nog steeds / bang / voor mijn reptielen?
A
ben bang = nwg voor mijn reptielen = vzv
B
ben bang = nwg voor mijn reptielen = bwb
C
ben = wwg voor mijn reptielen = vzv
D
ben = wwg voor mijn reptielen = bwb
Slide 13 - Quiz
Wij / voetbalden / vroeger / altijd / op straat.
Op straat =
A
voorzetselvoorwerp
B
bijwoordelijke bepaling
C
lijdend voorwerp
Slide 14 - Quiz
Ik / wacht / op het terras / op mijn vrienden.
Wat is waar?
A
op het terras en op mijn vrienden zijn bwb
B
op het terras = bwb op mijn vrienden = lv
C
op het terras = vzv op mijn vrienden = lv
D
op het terras = bwb op mijn vrienden = vzv
Slide 15 - Quiz
Marc Rutte, de premier van Nederland, gaat altijd op zijn fiets naar het werk.
Hoe noem je het deel 'de premier van Nederland'?
A
een bijwoordelijke bepaling
B
een bijvoeglijke bepaling
C
een bijstelling
Slide 16 - Quiz
More lessons like this
Opfrissen grammatica
June 2021
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Grammatica, bijvoeglijke bepaling en bijstelling
January 2022
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Zinsontleding
January 2019
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
2 HV les 1/04: verdelen in zinsdelen activerende les
March 2022
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Korte herhaling zinsontleding
March 2021
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Oefening grammatica zinsontleding
February 2021
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Grammatica herhaling en wg/ng
January 2022
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Korte herhaling zinsontleding
March 2021
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1