Met
beeldspraak kun je sfeer aan een verhaal geven.
Het is figuurlijk taalgebruik.
Dat is taal waarmee je iets anders bedoelt dan wat er staat! Hierdoor kan de schrijver mooie beeldende zinnen maken.
Bijvoorbeeld >
Met ogen als schotels staarde de draak naar Daan. Daan stierf duizend doden en stond te trillen als een juffershondje.