21 jan.: start WW-spelling cursus 7 § 10 Engelse werkwoorden

21 jan. - start cursus 7 WW-spelling  7.10
Mavo 2 periode 3 
week 19 1e les (21 januari)

1 / 19
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 19 slides, with text slides.

Items in this lesson

21 jan. - start cursus 7 WW-spelling  7.10
Mavo 2 periode 3 
week 19 1e les (21 januari)

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Welkom 
plattegrond: van mentor
timer
5:00

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Planning
Lezen: eigen leesboek!
Startopdracht
Instructie ww-spelling 7.10
Inoefenen 
~pauze~
Zelfstandig oefenen ww-spelling 7.10 
Afsluiting


timer
10:00

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Startopdracht
Schrijf de persoonsvormen op van de volgende werkwoorden in de t.t. en v.t. en ook het voltooid deelwoord
Dansen
Slapen 
                 ik/...jij?

           de ander

                meer
Volt.dw.:              Ik heb/ben ......................
timer
5:00

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk check✓
Online opdracht 4 afgemaakt ? 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Doel 7.10 WW-spelling



  •  Je leert hoe je de werkwoorden moet spellen. 
  • Je leert hoe je Engelse werkwoorden moet spellen. 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

 Cursus 7 § 10 Engelse werkwoorden blz. 240 



Welke ken jij?

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

7.10 Engelse werkwoorden blz. 240
Engelse werkwoorden vervoeg je op 
dezelfde manier als Nederlandse ww.


ik                   stam         -      stam + te/de
de ander       stam + t    -      stam + te/de
wij                 hele ww    -      stam + ten/den
voltooid deelwoord: langer maken/ 't sexy fokschaap

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

1. de stam,/ik-vorm eindigt op een klinker, 
zoals bij rugbyen: ik rugby
DAN ALTIJD -DE(N) in V.T. en -d bij volt.dw.  

ik rugby - rugbyde
hij rugbyt - rugbyde
wij rugbyen - rugbyden
ik heb gerugbyd

Nu jij bij hockeyen

ik   hockey - hockeyde
hij  hockeyt - hockeyde
wij hockeyen - hockeyden
wij hebben gehockeyd
3 uitzonderingen

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

2. de stam,/ik-vorm eindigt op een -e, 
zoals bij breakdancen: ik breakdance
de -e blijft steeds staan. 't sexy-fokschaap geldt voor de medeklinker voor de -e.   

ik breakdance - breakdancete
hij breakdancet - breakdancete
wij breakdancen - breakdanceten
wij hebben gebreakdancet.
Nu jij bij timen: 

ik   time - timede
hij timet - timede
wij timen - timeden
ik heb getimed.
3 uitzonderingen

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

3. ww met dubbele medeklinker:  de stam,/ik-vorm heeft wel 1 medeklinker, zoals bij skimmen - ik skim
taggen - ik tag
stressen - ik stres
volleyballen - ik volleybal

paintballen (woorden die je uitspreekt zoals in het Engels) 
ik paintball - ik paintballde 
ik heb gepaintballd
Maar:
Nu jij met 
flossen - ik 
grillen - ik  
crossen - ik 
Nu jij met
appen - ik 
3 uitzonderingen

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Vervoegen Nederlandse werkwoorden
ik/...jij?        STAM

de ander   STAM + t

meer          HELE WW
pv in de t.t. 
pv in de v.t.  
ik / ander   STAM + te
                                 + de
meer            STAM + ten
                                  + den
----------------------------------
volt.dw. 't ex-fokschaa
en 
Engelse 

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Vervoegen Engelse werkwoorden
Joggen: 
ik     jog -  jogde
hij   jogt - jogde
wij  joggen - jogden 
ik     heb gejogd



Racen:
ik   race - ik racete
hij  racet - hij racete
wij racen - wij raceten
ik   heb geracet

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Inoefenen
We gaan deze Engelse werkwoorden vervoegen. 
Je gebruikt het ww-schema. 
ik/hij/wij t.t. en v.t. en het voltooid deelwoord. 

Monopolyen: 
Deleten: 
Scrollen: 
Rappen: 
Mixen: 
Hockeyen: 
timer
15:00

Slide 14 - Slide

ik monopoly  - monopolyde
jij monopolyt - monopolyde
wij monopolyen - monopolyden
ik heb gemonopolyd

ik delete - deletete
hij deletet - deletete
wij deleten - deleteten
wij hebben gedeletet 
scrollen: ik scrol, hij scrolt, wij scrolden, zij hebben gescrold;
rappen: ik rap, hij rapt, zij rapte, jullie hebben gerapt;
mixen: ik mix, jij mixt, hij mixte, wij hebben gemixt;
hockeyen: ik hockey, zij hockeyt, jullie hockeyden, ik heb gehockeyd.

timer
5:00

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Aan het werk
Maak opdracht 1 en 3 van blz. 240 in je schrift. 

timer
15:00
1 a. ik snooker
  b. ik ...
  c. ik ...
  d. ik ...
  e. ik ...
  f. ik ...
3 a. Ik mail/mailde  Hij mailt/mailde Wij mailen/mailden Ik heb gemaild
  b. Ik ...
  c. Ik ...
  d. Ik ...
  e. Ik ...
  f. Ik ...

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting
Check de doelen bij jezelf: 
  1. Je weet hoe je werkwoorden, ook Engelse werkwoorden, moet schrijven. 
timer
5:00

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Volgende les  22 januari: 
herhaling ww-spelling 7.9 en 7.10

 Huiswerk : .
 Maak opdracht 1 en 3 van blz. 240 af. 

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Aan het werk
timer
15:00

Slide 19 - Slide

This item has no instructions